Wat invullen ?
1 - Gegevens in verband met de tewerkstelling
1.1 - Begin- en einddatum van de tewerkstelling
BEGINDATUM |
EINDDATUM |
|
DEELTIJDS |
1ste dag van de maand (of de reële begindatum indien de tewerkstelling in de loop van de maand aanvangt) |
Laatste dag van de maand (of de reële einddatum indien de tewerkstelling in de loop van de maand eindigt) |
VOLTIJDS |
1ste dag van de tewerkstelling |
Niets vermelden (tenzij in geval van einde tewerkstelling in de loop van de maand, in welk geval u de reële einddatum vermeldt) |
Opmerking bij het gebruik van de webtoepassing: indien het gaat om een deeltijdse tewerkstelling waarvan de begindatum zich situeert vóór de maand waarvoor u de aangifte verricht, zal de toepassing deze datum als begindatum van de tewerkstelling vermelden. U hoeft deze datum niet aan te passen. De toepassing zal er voor zorgen dat in de ASR die op basis van uw verklaring naar de sector werkloosheid wordt verstuurd de opgegeven werkelijke begindatum wordt gewijzigd naar de eerste dag van de maand waarop de aangifte betrekking heeft.
Dit principe geldt ook indien u bij een deeltijdse tewerkstelling die verder loopt na de maand waarvoor u de aangifte verricht geen einddatum zou vermelden. De toepassing zal er dan automatisch voor zorgen dat in de ASR die de sector werkloosheid ontvangt als einddatum van de tewerkstelling de laatste dag van de maand waarop de aangifte betrekking heeft wordt vermeld.
Opgelet
Indien er een onderbreking van de tewerkstelling is (anders dan een weekend, inhaalrustdag of een feestdag), moet u voor elke tewerkstelling een afzonderlijke ASR scenario 8 verrichten.
Voorbeeld:
Tewerkstelling van 01.05.2016 tot 13.05.2016: Q/S = 25/38
Tewerkstelling van 17.05.2016 tot 20.05.2016: Q/S = 20/38
Tewerkstelling van 24.05.2016 tot 31.05.2016 : Q/S = 30/38
Voor de maand mei 2016 verricht de werkgever 2 ASR’s scenario 8: een ASR voor de periode van 01.05.2016 tot en met 20.05.2016 (met een berekende factor Qgemiddeld van 23,82/38) en een ASR voor de periode van 24.05.2016 tot en met 31.05.2016 (met de reële factor Q van 30/38).
Specifieke situatie: begin- en einddatum in geval van (groeperen van) opeenvolgende tewerkstelling
Opgelet
Voltijdse en deeltijdse tewerkstellingen kunnen niet worden gegroepeerd (behalve : tijdelijk voltijdse tewerkstellingen - zie hoofdstuk “wanneer ?”)
1) Ononderbroken opeenvolgende voltijdse tewerkstellingen
Einddatum
- indien de arbeidsovereenkomst overlapt met de volgende maand, wordt geen einddatum vermeld.
Voorbeeld : contract van maandag 30/10 tot en met vrijdag 03/11
- indien de arbeidsovereenkomst eindigt in de maand (ook al is dit op de laatste dag van de maand, ook al zou deze ononderbroken vervolgd worden in de volgende maand), wordt de einddatum vermeld.
Voorbeeld : contract van maandag 27/10 tot en met vrijdag 31/10 (ook al wordt de tewerkstelling op maandag 03/11 verder gezet).
Begindatum
- indien de vorige aangifte een einddatum bevatte, wordt de datum van aanvang van de arbeidsovereenkomst (dimona) in de betrokken maand vermeld
Voorbeeld : contract van maandag 27/10 tot en met vrijdag 31/10 en van maandag 03/11 tot en met vrijdag 07/11 → volgens het voorgaande werd voor de maand oktober als einddatum 31/10 vermeld, voor de maand november wordt als begindatum 03/11 vermeld
- indien de vorige aangifte geen einddatum bevatte, wordt de begindatum vermeld in de vorige aangifte hernomen
2) Ononderbroken opeenvolgende deeltijdse tewerkstellingen
Begindatum:
- ofwel de eerste dag van de maand indien die dag door een arbeidsovereenkomst gedekt wordt
Voorbeeld : in geval van een arbeidsovereenkomst die twee maanden overlapt → bv. van 27/10 tot en met 15/11 → voor de maand november wordt 01/11 vermeld)
- ofwel de in de betrokken maand gelegen reële (dimona) begindatum van de arbeidsovereenkomst indien de eerste dag van de maand niet wordt gedekt door een arbeidsovereenkomst.
Voorbeeld : tewerkstelling tot vrijdag 31/10 en aansluitend vanaf maandag 03/11 → voor de maand november wordt de begindatum 03/11 vermeld
Einddatum:
- ofwel de laatste dag van de maand indien deze dag gedekt wordt door een arbeidsovereenkomst
Voorbeeld : in geval van een arbeidsovereenkomst die twee maanden overlapt , bv. van 27/10 tot en met 15/11, wordt voor de maand oktober de einddatum 31/10 vermeld)
- ofwel de reële (dimona) einddatum van de laatste tewerkstelling in de maand, indien de laatste dag van de maand niet gedekt is door een arbeidsovereenkomst
Voorbeeld : tewerkstelling tot vrijdag 29/10 en aansluitend opnieuw vanaf maandag 01/11 → voor de maand oktober wordt de einddatum 29/10 vermeld
1.2 - Aantal dagen per week van de arbeidsregeling (enkel via batch, dit gegeven is facultatief)
Vast arbeidsregime
Indien de werknemer is tewerkgesteld met een vast wekelijks arbeidsregime, vermeldt u het aantal werkdagen van de week. Het arbeidsregime is vast indien de werknemer wekelijks op een vast aantal dagen is tewerkgesteld. Deze zone kan dus de waarden 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6 of 7 dagen/week aannemen.
Variabel arbeidsregime
Indien het wekelijks arbeidsregime van de werknemer variabel is, gaat het om het gemiddeld aantal dagen per week tijdens dewelke de werknemer geacht wordt tewerkgesteld te zijn, rekening houdend met alle werkdagen van de arbeidscyclus.
Voorbeeld:
In geval van een tewerkstelling drie achtereenvolgende weken gedurende 5 dagen, gevolgd door een vierde week met een tewerkstelling op 4 dagen, dan is deze waarde 4,75. Deze waarde wordt bekomen door het gemiddelde te nemen van het aantal werkdagen per week gedurende de cyclus van 4 weken (5+5+5+4) / 4), afgerond tot 2 decimalen.
Indien het gaat om werknemers die in een variabele regeling zonder cyclus werken (= geen vooraf vaststaand aantal dagen per week en geen terugkerende cyclus), dan berekent u zelf het aantal dagen per week van het arbeidsstelsel, door het totaal aantal aangegeven dagen te delen door het aantal weken van de refertemaand (te beperken tot de periode van de tewerkstelling).
In dat geval is het dus zeer waarschijnlijk dat het arbeidsregime van de werknemer iedere refertemaand (lichtjes) verschillend zal zijn.
Specifieke gevallen – meerdere arbeidsregimes in één maand
Indien u, voor éénzelfde maand, meerdere opeenvolgende tewerkstellingen met verschillende arbeidsregimes in één ASR groepeert, vermeldt u het arbeidsregime van de laatste tewerkstelling in de loop van de maand.
Indien u, voor éénzelfde maand, meerdere overlappende tewerkstellingen (waarvoor dus ook slechts 1 ASR scenario 2 is gebeurd) in één ASR groepeert, stelt u het arbeidsregime vast na het samenvoegen van de tewerkstellingen. Deze samengevoegde tewerkstelling kan ofwel een vast ofwel een variabel arbeidsregime hebben.
Voorbeeld 1 (de samengevoegde tewerkstelling heeft een vast arbeidsregime):
Contract 1
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
6,00 |
- |
4,00 |
- |
- |
- |
- |
Week 2 |
6,00 |
- |
4,00 |
- |
- |
- |
- |
Week 3 |
6,00 |
- |
4,00 |
- |
- |
- |
- |
Week 4 |
6,00 |
- |
4,00 |
- |
- |
- |
- |
Contract 2
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
- |
- |
4,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 2 |
- |
- |
4,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 3 |
- |
- |
4,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 4 |
- |
- |
4,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Contract 1 + 2
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
6,00 |
- |
8,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 2 |
6,00 |
- |
8,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 3 |
6,00 |
- |
8,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Week 4 |
6,00 |
- |
8,00 |
4,00 |
4,00 |
3,00 |
- |
Het arbeidsregime van de overlappende tewerkstellingen bedraagt 5 dagen per week.
Voorbeeld 2 (de samengevoegde tewerkstelling heeft een variabel arbeidsregime):
Contract 1 (= variabel met een cyclus van 4 weken)
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
- |
- |
Week 2 |
- |
- |
4,00 |
5,00 |
4,00 |
6,00 |
- |
Week 3 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
3,80 |
- |
- |
Week 4 |
- |
4,00 |
- |
5,00 |
4,00 |
6,00 |
- |
Contract 2 (= variabel met een cyclus van 2 weken)
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
3,00 |
3,00 |
3,00 |
4,00 |
- |
- |
- |
Week 2 |
4,00 |
5,00 |
- |
- |
4,00 |
- |
- |
Contract 1 + 2 (= variabel met een cyclus van 4 weken)
Maandag |
Dinsdag |
Woensdag |
Donderdag |
Vrijdag |
Zaterdag |
Zondag |
|
Week 1 |
6,80 |
6,80 |
6,80 |
7,80 |
3,80 |
- |
- |
Week 2 |
4,00 |
5,00 |
4,00 |
5,00 |
8,00 |
6,00 |
- |
Week 3 |
6,80 |
6,80 |
6,80 |
7,80 |
3,80 |
- |
- |
Week 4 |
4,00 |
9,00 |
- |
5,00 |
8,00 |
6,00 |
- |
Het arbeidsregime van de overlappende tewerkstellingen bedraag (5 + 6 + 5 + 5) / 4 = 5,25 dagen per week.
Indien bij samenvoeging van overlappende deeltijdse contracten de concrete werkroosters niet gekend zijn, gaat u als volgt te werk:
- wat betreft het aantal dagen per week van de tewerkstelling telt u het aantal dagen per week van de onderscheiden tewerkstellingen op en beperkt u in voorkomend geval het resultaat tot 7;
- in de algemene commentaarzone vermeldt u “samenvoeging van overlappende deeltijdse arbeidsovereenkomsten”.
1.3 Onderbreking van de tewerkstelling
In deze zone duidt u aan of de ASR betrekking heeft op een ononderbroken deeltijdse tewerkstelling met een verschillende factor Q (waarde “3” bij batchverwerking) of op een tijdelijke voltijdse tewerkstelling (waarde “4” bij batchverwerking – zie Wanneer? punt 2.1) of op een ononderbroken tewerkstelling met dezelfde factor Q maar met een verschillend aantal dagen per week van de tewerkstelling en/of een verschillende code werkschema (waarde “5” bij batchverwerking). Is dit niet het geval, gaat het om een gewone tewerkstelling (waarde “2” bij batchverwerking).
Uitleg betreffende de situatie van ononderbroken opeenvolgende deeltijdse tewerkstellingen met een verschillende factor Q (waarde “3” bij batchverwerking):
Met “ononderbroken deeltijdse tewerkstelling” worden opeenvolgende tewerkstellingen, enkel onderbroken door een weekend, een feestdag of een inhaalrustdag bedoeld, waarvan de factor Q verschilt.
Volgende kenmerken van deze tewerkstellingen moeten daarenboven gelijk zijn :
- werkgeverscategorie;
- werknemerscode;
- paritair comité;
- factor S ;
- statuut (code D: huisarbeider).Tenzij het gaat om een statuut van huisarbeider (code D), verhindert een verschil in statuut het samenvoegen van tewerkstellingen niet.
Indien het gaat over een ononderbroken deeltijdse tewerkstelling, vermeldt u voor elke tewerkstelling de begin- en de einddatum in de maand (indien de tewer kstelling begint vóór of doorloopt na het einde van de maand vermeldt u de eerste of de laatste dag van de maand) en de factor Q; de webtoepassing zal dan de gemiddelde factor Q berekenen.
Voorbeeld 1 :
Tewerkstelling van 25/07/2016 tot 17/08/2016 a rato van 20/38.
Tewerkstelling van 18/08/2016 tot 25/08/2016 a rato van 25/38. Het contract eindigt op 25/08/2016.
Voor de maand juli vermeldt u als begindatum 25/07/2016 en als einddatum 31/07/2016.
Voor de maand augustus vermeldt u als begindatum 01/08/2016 en als einddatum 25/08/2016.
Voorbeeld 2 :
Tewerkstelling van 25/07/2016 tot 17/08/2016 a rato van 20/38.
Tewerkstelling van 18/08/2016 tot 15/09/2016 a rato van 25/38. Het contract eindigt op 15/09/2016.
Voor de maand juli vermeldt u als begindatum 25/07/2016 en als einddatum 31/07/2016.
Voor de maand augustus vermeldt u als begindatum 01/08/2016 en als einddatum 31/08/2016.
Voor de maand september vermeldt u als begindatum 01/09/2016 en als einddatum 15/09/2016.
Herinnering : het voorgaande geldt niet in geval van voltijdse tewerkstelling, in welk geval u de reële begindatum vermeldt en geen einddatum, tenzij deze gelegen is in de loop van de maand.
Voorbeeld : tewerkstelling van 25.07.2016 tot 15.09.2016 a rato van 38/38.
Voor de maand juli vermeldt u als begindatum 25.07.2016 en u vermeldt geen einddatum.
Voor de maand augustus vermeldt u als begindatum 25.07.2016 en u vermeldt geen einddatum.
Voor de maand september vermeldt u als begindatum 25.07.2016 en als einddatum 15.09.2016.
In geval het gaat om een tijdelijke voltijdse tewerkstelling (zie Wanneer? – punt 4) volgt u daarentegen voor het vermelden van de begin- en einddatum wel bovenstaande principes van de deeltijdse tewerkstelling.
2 - Exact loon
De gegevens "code exact loon" en "bedrag code exact loon" dient u mee te delen voor de types 001, 003, 004, 007, 008, 010, 011, 012, 020 en 021. Het betreft een vaste bezoldigingscode en het nettoloon voor de maand.
Code exact loon
De code exact loon voor een activeringsprogramma is steeds "32".
Bedrag code exact loon
Het betreft het nettoloon voor de tewerkstelling (inclusief de werkuitkering), uitgedrukt tot op de eurocent nauwkeurig.
Bereken het als volgt:
Nettoloon = (a) - (b) - (c) - (d) - (e)
(a) brutoloon (inclusief betaalde feestdagen, gewaarborgd loon of aanvulling in geval van arbeidsongeschiktheid vrijgesteld van RSZ, en inclusief voordelen onderworpen aan RSZ).
Het gewaarborgd loon bij arbeidsongeval betreffende de eerste maand wordt meegerekend. De werkgever betaalt de door de verzekeraar terugbetaalde sommen gedeeltelijk terug aan de RVA (zie zone "Indicatie arbeidsongeval" hieronder).
Verzekert de werkgever zichzelf tegen arbeidsongeval, dan wordt slechts het loon voor de eerste maand, van datum tot datum, vanaf het ongeval, in rekening gebracht. Voor deze periode gebeurt geen terugbetaling aan de RVA.
Het loon voor de betaalde feestdag na beëindiging van de arbeidsovereenkomst mag meegerekend worden indien de feestdag gelegen is in de maand waarin de overeenkomst een einde kent.
(b) RSZ-werknemersbijdrage op (a) of op (a x 1,08) (of op een lager bedrag indien sommige loonelementen vrijgesteld zijn van RSZ)
(c) bedrijfsvoorheffing
(d) bijzondere bijdrage voor sociale zekerheid
(e) voordelen in natura
Dit nettoloon wordt niet verminderd met inhoudingen op het loon (bv. het werknemersaandeel in de groepsverzekering en in de maaltijd¬cheques, …).
Er wordt geen rekening gehouden met eventuele inhoudingen ingevolge beslag of afstand. U vermeldt het nettoloon berekend vóór uitvoering van het beslag. Het aan de werkgever betekende beslag betreft slechts het nettoloon dat hij uitbetaalt. De schuldeiser kan beslag leggen op de werkuitkering, mits hij het beslag betekent aan de RVA.
Er wordt ook geen rekening gehouden met:
a) de terugbetaling van kosten door de werkgever aan de werknemer (verplaatsingskosten, verblijfkosten, ARAB-vergoedingen, ...) en maaltijdcheques
b) de eindejaarspremie
c) het dubbel vakantiegeld, het vakantiegeld uitbetaald bij uitdiensttreding (waaronder het enkel vertrekvakantiegeld en het dubbel vakantiegeld bedienden), het vakantiegeld arbeiders (tenzij het gaat om loon voor vakantiedagen zoals bij bedienden, wat soms in openbare diensten voorkomt) en met het voorschot op het dubbel vakantiegeld dat betaald wordt als de werknemer dagen/uren aanvullende vakantie neemt (art. 17bis wet 28.06.1971);
d) een verbrekingsvergoeding ingevolge beëindiging van de arbeidsovereenkomst;
e) het loon voor het gedeelte van de maand waarvoor betrokkene niet tewerkgesteld was in het kader van het activeringsprogramma of tewerkgesteld was door een andere werkgever (bvb. voorafgaandelijke tewerkstelling uitzendkracht);
f) het loon voor een feestdag na het einde van de arbeidsovereenkomst, indien gelegen na de maand waarin de overeenkomst eindigt;
g) het loon verschuldigd voor de beschikbaarheidsuren (inclusief trein- en booturen) van de werknemers van de transportsector;
h) de compenserende toeslag, vrijgesteld van bijdragen voor de sociale zekerheid en van fiscale inhoudingen, die de werkgever in toepassing van artikel 33bis, § 4, van de wet van 24.12.1999 ter bevordering van de werkgelegenheid betaalt aan de werknemer van minder dan 21 jaar met een startbaanovereenkomst voor wie een verminderd loon wordt betaald.
3 - Maandelijkse aangifte van arbeid in een programma ter activering van de werkloosheidsuitkering
Aanduiding arbeidsongeval
Deze zone is verplicht. U geeft aan of de werknemer die een activeringsuitkering geniet al dan niet een arbeidsongeval heeft gehad in de loop van de maand.
Zo er zich een arbeidsongeval heeft voorgedaan, betaalt u na terugbetaling do or uw arbeidsongevallenverzekeraar het overeenkomstige deel van de activ eringsuitkering terug aan de RVA. Het papieren formulier C78 Arbeidsongeval laat u toe de berekening te maken. Stuur het ingevuld terug naar het werklo osheidsbureau bevoegd voor uw werknemer.
Specifieke situatie: indien u uw eigen arbeidsongevallenverzekeraar bent, moet u niets terugbetalen aan de RVA en is de hierboven beschreven procedure dus niet van toepassing. U moet dan op de vraag of er zich al dan niet een arbeidsongeval heeft voorgedaan in de loop van de maand altijd ontkennend antwoorden.
Datum waarop de ononderbroken Activa/SINE-tewerkstelling begint
Via deze zone kan de werkgever onder meer de geldigheid inroepen van een attest waarvan de geldigheidsperiode bij aanvang van de tewerkstelling waarvoor de werkuitkering gevraagd wordt, reeds verstreken is.
Deze zone is van toepassing op de types 003, 004, 007, 010, 011, 012, 020en 021.
Het betreft ofwel de begindatum van een reeks ononderbroken opeenvolgende Activa-tewerkstellingen (federale, Waalse of Brusselse regeling) ofwel de begindatum van een reeks ononderbroken opeenvolgende SINE-tewerkstellingen (arbeidsovereenkomsten in het kader van SINE). "Ononderbroken opeenvolgend" betekent dat deze tewerkstellingen slechts onderbroken worden door een weekend, een feestdag of een dag inhaalrust.
In geval van een type 010, 011 of 012 kan deze datum niet vóór 01/07/2017 gelegen zijn. In geval van een type 020 of 021 kan deze datum niet vóór 01/10/2017 gelegen zijn.
4 - Werkuitkering
Vanaf 01.07.2017 bedraagt de werkuitkering, naar gelang van het geval, maximaal 125, 250, 350, 500, 600, 700, 750, 800, 900 of 1100 euro. Raadpleeg zo nodig de werknemer om te weten welk voordeel werd toegekend.
De gegevens nodig voor de berekening van de werkuitkering moet u vermelden bij de types 003, 007, 010, 011, 012, 020 en 021.
Type van activering | Maximaal bedrag van de uitkering |
003 (Activa federaal) | 500 euro |
007 (Activa PVP) | 900 of 1100 euro |
010 (Activa Wallonië - langdurig werkzoekenden) | 125, 250 of 500 euro |
011 (Activa Wallonië - jonge werkzoekenden) | 125, 250 of 500 euro |
012 (Activa Wallonië - inschakelingscontract) | 700 euro |
020 (Activa Brussel - langdurig werkzoekenden) | 350 of 800 euro |
021 (Activa Brussel - verminderd arbeidsgeschikten - specifieke doelgroep – 30 of + 57) | 600 of 750 euro |
Hou er rekening mee dat de berekening van de werkuitkering gebeurt per tewerkstelling, en dus niet noodzakelijk gelijk is aan de totale werkuitkering voor de volledige kalendermaand. Er kunnen immers meerdere aangiftes voor dezelfde maand voorkomen.
Het volledige bedrag van de werkuitkering dat u mag aftrekken van het aan de werknemer te betalen nettoloon, bekomt u door de werkuitkeringen berekend per tewerkstelling samen te tellen (afronding: zie Werkuitkering hieronder). Als het eindresultaat het maximumbedrag (125, 250, 350, 500, 600, 700, 750, 800, 900 of 1100 euro) overschrijdt, beperkt u de werkuitkering die u in mindering brengt van het nettoloon tot het geldende maximum. Het bedrag in de aangifte zelf mag u evenwel niet beperken, zelfs al overschrijdt het het maximum.
Opmerking
In geval van type 008 (ACTIVA-START) bedraagt de maximale werkuitkering 350 euro (forfaitair bedrag) en volstaat het het nettoloon mee te delen.
Het aantal uren waarvoor loon verschuldigd is
Het betreft het aantal betaalde uren voor de aangegeven tewerkstelling gesitueerd binnen de grenzen van de referteperiode (dit is de kalendermaand).
In geval van een variabele arbeidsregeling (voltijds of deeltijds) met een " vast" maandloon dat overeenkomt met de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur (factor Q), moet het aantal uren worden opgegeven waarmee het "vaste" loon overeenstemt. Het betreft hier bv. de werknemers die worden tewerkgesteld in een onderneming die een nieuwe arbeidsregeling heeft ingevoerd binnen het kader van CAO nr. 42.
Uitleg over het begrip "uren waarvoor loon verschuldigd is":
- overloon (bvb. 200%): vermeld slechts de werkelijk gepresteerde uren in geval van verhoogde bezoldiging (gebruik dus geen correctiefactor, bv. uren x 2)
- meerprestaties mits betaalde inhaalrust: vermeld de meeruren in de maand waarin de betaalde inhaalrust wordt genomen
- inhaalrust uitbetaald bij uitdiensttreding: dit aantal uren mag worden meegerekend in de maand van uitdiensttreding
- betaalde feestdag na einde A.O.: de feestdaguren mogen meegerekend worden indien ze liggen in de maand van beëindiging van de overeenkomst
- vakantiedagen arbeiders: geen uren vermelden
- dagen aanvullende vakantie (art. 17bis wet 28.06.1971) arbeiders en bedienden: geen uren vermelden
- dagen arbeidsongeschiktheid arbeiders met slechts een aanvullend loon (de 3de en 4de week arbeidsongeschiktheid): geen uren vermelden ; hervat de werknemer tijdens de ongeschiktheid deeltijds het werk, dan worden de tewerkstellingsuren meegerekend
- uren waarvoor loon wordt betaald door een derde (bijvoorbeeld een fonds): geen uren vermelden
Specifieke situatie
Indien de werkgever uit de bouwsector, ingevolge een onderbreking van de arbeidsdag wegens slecht weer, voor de niet-gewerkte uren slechts 50% van het loon moet betalen, dan wordt het aantal te vermelden betaalde uren geproportionaliseerd.
Voorbeeld : een werknemer werkt normaal 8 uur per dag. Hij werkt 4 uur effectief, daarna wordt zijn arbeidsovereenkomst geschorst wegens slecht weer. De resterende 4 uren worden uitbetaald aan 50%.Het aantal te vermelden uren voor die dag = 4u (100% loon) + 4u/2 (50% loon) = 6 uur - periodes gedekt door een verbrekingsvergoeding ingevolge beëindiging van de arbeidsovereenkomst: geen uren vermelden
- de beschikbaarheidsuren (inclusief trein- en booturen) van de werknemers van de transportsector: niet vermelden
Werkuitkering
De berekening van de werkuitkering gebeurt vanaf 01.07.2017 per aangegeven tewerkstelling door naar gelang van de situatie 125, 250, 350, 500, 600, 700, 750, 800, 900 of 1100 euro te vermenigvuldigen met een breuk, met in de teller het aantal uren waarvoor loon verschuldigd is, en in de noemer het resultaat van de vermenigvuldiging van de S-factor met 4 in geval van type 003, 007, 010, 011, 012, 020 of 021.
Het resultaat van de formule wordt per aangegeven tewerkstelling afgerond op honderdsten van cent, . Het bedrag in de aangifte zelf mag u niet beperken, zelfs al overschrijdt het het maximum. U mag evenwel niet meer dan het maximum aftrekken van het nettoloon.
U kunt, naargelang van het voordeel dat werd toegekend, maximum 125, 250, 350, 500, 600, 700, 750, 800, 900 of 1100 euro per maand van het te betalen nettoloon aftrekken.
Indien u voor dezelfde referteperiode (kalendermaand) meer dan één aangifte dient te doen ingevolge verschillende tewerkstellingen, bekomt u de totale werkuitkering door de per tewerkstelling berekende (en afgeronde) werkuitkeringen samen te tellen, en in voorkomend geval te beperken tot het maximum van 125, 250, 350, 500, 600, 700, 750, 800, 900 of 1100 euro. De afronding op cent (tot 2 cijfers na de komma) gebeurt bij de totalisering van de per tewerkstelling berekende en afgeronde werkuitkeringen.
5 - Commentaar
In deze vrije tekstzone kunt u eventueel verder uitleg geven in verband met de gegevens voor de betrokken refertemaand