Responsabiliseringsbijdrage onvrijwillig deeltijdsen met een inkomensgarantie-uitkering
De programmawet van 22 december 1989 voorziet dat deeltijdse werknemers die hun werkgever daarom verzoeken, bij voorrang in aanmerking komen voor vacante uren in een gelijkaardige functie.
De programmawet van 25 december 2017 voorziet een responsabiliseringsbijdrage per deeltijdse werknemer met behoud van rechten die een inkomensgarantie-uitkering geniet en waarvoor dit niet nageleefd werd.
Het koninklijk besluit van 2 mei 2019 geeft de procedure weer die wordt gevolgd om tot de inning van deze bijdrage te komen.
Betrokken werkgevers
Het gaat om werkgevers
- op wie de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités van toepassing is
- en die minstens 1 bijkomend uur in de 4 voorafgaande kwartalen ter beschikking heeft.
Betrokken werknemers
Het gaat om de deeltijdse werknemers die een inkomensgarantie-uitkering trekken.
Volgende werknemers behoren niet tot het toepassingsgebied:
- Uitzendkrachten
- Werknemers tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst dienstencheques
- Gelegenheidswerknemers.
Responsabiliteitsbijdrage
De bijdrage bedraagt 75,00 EUR per IGU-werknemer per kwartaal en is verschuldigd wanneer geen enkele IGU bijkomende uren heeft gekregen terwijl de werkgever toch over bijkomende uren beschikte.
Deze bijdrage is niet gebonden aan een natuurlijke persoon en zal door de RSZ toegepast worden na verificatie.
De bijdrage is niet verschuldigd in volgende gevallen:
- als minstens 1 IGU een bijkomend uur gekregen heeft (Q toegenomen met >= 1 uur)
- als de werkgever aantoont dat
- het gaat om verschillende functies en de werknemer daarvoor niet de geschikte kwalificaties heeft
- de uren betrekking hebben op prestaties tijdens dezelfde tijdblokken als de prestaties geleverd door de werknemer
- de bijkomende uren beschikbaar zijn in een andere vestigingseenheid dan degene waar de werknemer tewerkgesteld is
- hij alle vacante voltijdse en deeltijdse dienstbetrekkingen heeft aangeboden
- het niet gaat om een verhoging van de arbeidsregeling met tenminste 1 maand of voor onbepaalde duur.
De bijdrage is niet langer verschuldigd:
- vanaf het kwartaal dat minstens 1 IGU 1 bijkomend uur gekregen heeft
- of vanaf het kwartaal dat volgt op de 3 opeenvolgende kwartalen waarin de bijdrage verschuldigd was en er geen enkel bijkomend uur beschikbaar was in vergelijking met de 4 voorafgaande kwartalen.
Verificatie en regularisatie
Kort samengevat bestaat de verificatie erin dat achtereenvolgens
- de RVA elk kwartaal lijsten stuurt van IGU's per werkgever
- de RSZ een nazicht doet op basis van de DmfA-gegevens om na te gaan
- of de contractuele uren voor de IGU's verhoogd zijn
- of de werkgever bijkomende uren beschikbaar had
- de RSZ verstuurt brieven naar de werkgevers die mogelijk de bijdrage verschuldigd zijn
- de RSZ verstuurt de volgende lijsten naar de inspectie Toezicht op de Sociale Wetten (TSW):
- IGU's per werkgever
- werkgevers die niet binnen de termijnen gereageerd hebben
- de verantwoording per werkgever
- TSW verifieert (gaat na of de verantwoording afdoende is)
- de RSZ voert in de DmfA de eventuele regularisaties uit op basis van de gegevens die TSW overmaakt.
Bijkomende informatie 1
Bijkomende informatie DMFA - aangifte van de IGU-responsabiliseringsbijdrage
In de DmfA wordt de IGU-responsabiliseringsbijdrage globaal op het niveau van de werkgever aangegeven in het blok 90002 "bijdrage niet gebonden aan een natuurlijke persoon" onder werknemerskengetal 805.
De RSZ zal de eerste a posteriori controles ten vroegste uitvoeren in het eerste kwartaal 2021.