Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten × Doorgaan

Vers le contenu de cette page

Minnelijk afbetalingsplan COVID-19

 

Crisismaatregel COVID-19

De ondernemingen waarop de coronacrisis een economische weerslag heeft en zo moeilijkheden veroorzaakt voor het betalen van de socialezekerheidsbijdragen, kunnen een minnelijk afbetalingsplan vragen aan de RSZ op basis van de problematiek rond het coronavirus voor het 1ste en het 2de kwartaal 2020.

In het kader van de  corona-crisis zijn er dus 2 benaderingen om tegemoet te komen aan de betalingsmoeilijkheden van ondernemingen.

Enerzijds is er het klassieke minnelijk afbetalingsplan dat geldt voor alle kwartalen en rechtzettingen. Het maximale uitstel loopt over 24 mensualiteiten met toepassing van sancties van laattijdigheid. Deze zijn begrepen in de betalingsmodaliteiten, met mogelijke kwijtschelding a posteriori wanneer de bijdragen betaald zijn.

Anderzijds voorzien het koninklijk besluit nr. 17 en het koninklijk besluit nr. 30 wordt voorzien in een uitstel van betaling via een bijzonder afbetalingsplan voor de bijdragen van het 1ste kwartaal 2020, voor de afrekening van het vakantiegeld 2019 en voor de bijdragen van het 2de kwartaal 2020, dat loopt over maximaal 24 mensualiteiten, zonder toepassing van sancties voor zover de modaliteiten gerespecteerd worden. Als de afbetalingsmodaliteiten niet worden gerespecteerd, worden deze sancties alsnog in rekening gebracht.

Deze uitzonderingsmaatregelen zijn bestemd voor werkgevers die betalingsmoeilijkheden hebben voor:

  • de bijdragen jaarlijkse vakantie voor de dienstjaren 2019, 2020 en 2021
  • de sociale bijdragen voor het 1e, 2e, 3e en 4e kwartaal 2020 en het 1e , 2e, 3e en 4e kwartaal 2021 en het 1e kwartaal 2022
  • bepaalde bijdragewijzigingen.

De forfaitaire vergoeding wegens het niet naleven van de verplichting tot betaling van voorschotten, is niet van toepassing voor de 4 kwartalen van 2020 en 2021 en het 1e kwartaal 2022.

De maatregel werd uitgebreid naar de door de werkgever aangegeven bedragen 3de en 4de kwartaal 2020 (wet van 24 november 2020 - BS van 30 november 2020).

Het niet-doorstorten van de voorschotten voor het 1ste en het 2de kwartaal 2021, zal zoals de voorgaande kwartalen, evenmin aanleiding geven tot sancties. De wet voorziet dat werkgevers een minnelijk afbetalingsplan voor de aangegeven bijdragen voor het 1ste en het 2de kwartaal 2021 en voor de bijdrage jaarlijkse vakantie voor het vakantiedienstjaar 2020 kunnen aanvragen. In bepaalde omstandigheden en onder bepaalde voorwaarden zullen de bijdrageopslagen en / of verwijlinteresten niet aangerekend worden wanneer en voor zover de vastgelegde afbetalingsmodaliteiten strikt worden nageleefd.

Hetzelfde geldt, onder dezelfde modaliteiten, voor de door de werkgever aangegeven bijdragen voor het 3de kwartaal 2021 en voor de tot 31 december 2021 vervallen rechtzettingen van bijdragen.

Praktisch gezien, moet de werkgever naar de pagina 'minnelijk afbetalingsplan' op de portaalsite gaan en het vragenformulier invullen. Bij het puntje 'uw motivatie', moet hij uitleggen hoe zijn onderneming financieel  getroffen werd door de coronacrisis.