Openbare sector
Een aantal personen vallen niet onder alle regelingen die in de sociale zekerheid zijn opgenomen. De aangifte houdt rekening met de correcte bijdragepercentages.
Rijk, gemeenschappen en gewesten voor het personeel dat niet tot het onderwijs behoort
De wet is beperkt tot de sector ZIV-geneeskundige verzorging voor:
- personen onder statuut die in vast verband benoemd zijn;
- personen in dienst of weder in dienst genomen door het leger;
- personen in de stageperiode met het oog op een vaste benoeming;
- bedienaars van de eredienst, de afgevaardigden van de Centrale Vrijzinnige Raad en de gevangenisaalmoezeniers, die een wedde ontvangen ten laste van het Rijk, de Gemeenschappen of de Gewesten.
De eerste twee categorieën worden niet meer bij de RSZ aangegeven indien zij hun functies in het buitenland uitoefenen en er hun administratieve verblijfplaats hebben. De personen behorend tot de laatste categorie zijn niet meer verzekeringsplichtig indien zij door hun respectieve representatieve organen naar het buitenland worden gezonden om er een functie waar te nemen. Vanaf het 1ste kwartaal 2015 moeten echter ook de pensioenbijdragen statutaire ambtenaren via de RSZ worden aangegeven (zie ook de 'bijkomende informatie - Aangifte van ambtenaren met administratieve standlaats in het buitenland').
De toepassing van de wet is beperkt tot de sectoren ZIV (geneeskundige verzorging en uitkeringen), werkloosheid en pensioenen, voor:
- personen onder statuut, niet in vast verband benoemd;
- stagiairs tijdens de opzegtermijn;
- personen gebonden door een arbeidsovereenkomst.
De toepassing van de wet is beperkt tot de sectoren ZIV (geneeskundige verzorging) en pensioenen, voor de personen die tewerkgesteld zijn bij wijze van mandaat in een managementfunctie of die aangesteld zijn in een staffunctie.
De regelingen arbeidsongevallen en beroepsziekten zijn voor sommige werknemerscategorieën steeds toepasselijk (zie volgende paragraaf).
Instellingen van openbaar nut voor het personeel dat niet tot het onderwijs behoort
In algemene zin brengt de (gedeeltelijke) onderwerping aan de socialezekerheidswetgeving met zich mee dat aan de RSZ de werkgeversbijdragen voor de regelingen arbeidsongevallen en beroepsziekten verschuldigd zijn. Veel werkgevers uit de openbare sector vallen evenwel voor hun statutaire en contractuele werknemers onder de wet van 3 juli 1967 betreffende de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector. De werkgevers die onder deze Wet vallen zijn de werkgeversbijdragen voor arbeidsongevallen en beroepsziekten niet verschuldigd. Voor bepaalde werknemerscategorieën in de openbare sector (onder andere de werknemers tewerkgesteld met een beroepsinlevingsovereenkomst, erkende leerlingen, enzovoort) zijn deze werkgeversbijdragen evenwel toch verschuldigd. De multifunctionele aangifte (Dmfa) werd aangepast om deze werknemers te kunnen aangeven.
Los van wat voorafgaat is de wet beperkt tot de sectoren ZIV (geneeskundige verzorging en uitkeringen), werkloosheid en pensioenen voor:
- personen onder statuut die geen aanspraak kunnen maken op een pensioen, ander dan dit voorzien bij de pensioenregeling voor gewone werknemers;
- personen verbonden door een arbeidsovereenkomst (behalve HR Rail en de openbare maatschappijen voor personenvervoer).
Indien de personen onder statuut aanspraak kunnen maken op een pensioen ander dan dit voorzien bij de pensioenregeling voor gewone werknemers, is de toepassing van de wet beperkt tot de sector ZIV-geneeskundige verzorging.
De toepassing van de wet is beperkt tot de sectoren ZIV (geneeskundige verzorging) en pensioenen, voor de personen die tewerkgesteld zijn bij wijze van mandaat in een managementfunctie in
- een openbare instelling van de sociale zekerheid;
- het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie;
- het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen;
- het Federaal Kenniscentrum voor de gezondheidszorg;
- het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
- het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten;
- het Federaal Planbureau;
- de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie van het Ministerie van Landsverdediging;
- het Nationaal Geografisch Instituut;
- het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau;
- de Regie der gebouwen;
- het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers.
Voor de bursalen die gerechtigd zijn op een doctoraatsbeurs, een postdoctoraatsbeurs, een specialisatiebeurs, een onderzoekingsbeurs of een reisbeurs en die niet onder de toepassing vallen van een door België afgesloten internationale overeenkomst inzake sociale zekerheid, is de wet beperkt tot de regelingen van de ziekteverzekering (uitkeringen en geneeskundige verzorging).
De personen in dienst van een werkgever uit de openbare sector die hier niet besproken zijn, vallen onder alle in de sociale zekerheid opgenomen regelingen. Het betreft onder anderen:
- het personeel verbonden door een arbeidsovereenkomst met de HR Rail, de openbare maatschappijen voor personenvervoer, kerkfabrieken, erkende maatschappijen voor het bouwen van goedkope woningen,....;
- de bezoldigde lasthebbers van instellingen van openbaar nut, die hun voornaamste activiteit wijden aan het dagelijks beheer of de dagelijkse leiding van die instellingen en die geen statutaire pensioenregeling genieten;
- de ontvangers-griffiers, wachters en sluiswachters van de polders en wateringen.
Onderwijs
Voor de personeelsleden van openbare onderwijsinstellingen (zowel niet-universitair als universitair), is de toepassing van de wet beperkt tot de sectoren ZIV (geneeskundige verzorging en uitkeringen), werkloosheid en pensioenen. Indien de werkgever een instelling van openbaar nut is, gelden voor arbeidsongevallen en beroepsziekten, dezelfde overwegingen als hierboven uiteengezet.
Voor de volgende personen is de wet evenwel beperkt tot de sector ZIV-geneeskundige verzorging:
- leden van het academisch en wetenschappelijk personeel van het universitair onderwijs, en leden van het onderwijzend en bestuurlijk personeel van de andere onderwijsinrichtingen die:
- aanspraken laten gelden op een rustpensioen ten laste van de Schatkist of vastgesteld door wettelijke of reglementaire bepalingen, andere dan deze voor gewone werknemers;
- stagiair van het Gemeenschapsonderwijs zijn;
- inzake pensioen gelijkgesteld zijn met stagiairs van het Gemeenschapsonderwijs.
- het vastbenoemd zelfstandig academisch personeel en het vastbenoemd zelfstandig administratief en technisch personeel van de Universitaire Instelling Antwerpen (U.I.A.), het Limburgs Universitair Centrum (L.U.C.), de Universiteit Gent en het Universitair Centrum Antwerpen.
Voor de gerechtigden op een doctoraatsbeurs of een postdoctoraatsbeurs, die niet onder de toepassing vallen van een door België afgesloten internationale overeenkomst inzake sociale zekerheid, is de wet beperkt tot de regelingen van de ziekteverzekering (uitkeringen en geneeskundige verzorging).
Bijkomende informatie 2
Bijkomende informatie - Aangifte van ambtenaren met admininstratieve standplaats in het buitenland
Vanaf het eerste kwartaal 2015 worden in DMFA de personen met definitief benoemd statuut en de in dienst opgeroepen of heropgeroepen personen door het Leger die hun functies uitoefenen in het buitenland aangegeven in het blok 90012 "werknemerslijn" en met het specifieke werknemerskengetal
- 676
Voor deze statutairen mag geen enkel blok 90018 "prestatie van de tewerkstelling werknemerslijn" of blok 90019 "bezoldiging van de tewerkstelling werknemerslijn" worden aangegeven.
Enkel de pensioenbijdrage voor de openbare sector van de statutaire ambtenaren (bijdragecode 815 type 0) is verschuldigd voor deze werknemers.
De Capelo-blokken 90411, 90412 en 90413 moeten voortaan ingevuld worden voor deze werknemers.
Bijkomende informatie - Aangifte van managers in de openbare sector
In DMFA worden titularissen van een mandaat in een managementfunctie in de openbare sector aangegeven in het blok 90012 "werknemerslijn" met het specifieke werknemerskengetal
- 673 type 0 : als ze enkel onderworpen zijn aan de verzekering voor gezondheidszorg en aan de pensioenen
Vanaf het eerste kwartaal 2015 is de bijzondere bijdrage van 1,40% die verschuldigd is voor de statutairen inbegrepen in het totaal van de werkgeversbijdragen voor deze werknemers.