Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten× Ik begrijp het

Ga naar hoofdinhoud

Hulp bij huisvesting

Het OCMW verzekert de huisvesting van iedereen die dat zelf niet kan betalen.

Vond je een geschikte woning, maar ben je niet in staat de gevraagde huurwaarborg te betalen? Het OCMW schiet je het bedrag voor, onder strikte voorwaarden.

Als dakloze kan je een beroep doen op het OCMW van je gemeente voor tegemoetkomingen, medische en maatschappelijke hulp, schuldbemiddeling en meer. Het OCMW kan je ook tijdelijk huisvesten in een doorgangswoning.

Het OCMW helpt ook ouderen die niet genoeg inkomen hebben om hun rusthuisopname te betalen. Als je naaste familie ook niet de middelen heeft om bij te springen, is het mogelijk dat het OCMW aanvult wat je tekort komt.

Wat is de huurwaarborg?

De huurwaarborg bestaat over het algemeen uit een som geld. Deze som dient als garantie voor de persoon die een woning verhuurt (over het algemeen de eigenaar), voor het geval hij niet zou worden vergoed wanneer de huurder zijn verplichtingen geheel of gedeeltelijk niet nakomt. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de huurder:

  • de huur niet betaalt op de overeengekomen tijdstippen,
  • de gehuurde woning niet onderhoudt,
  • de herstellingen die hij moet uitvoeren niet doet,
  • de gehuurde woning op het einde van het huurcontract in slechte staat achterlaat, enz.

Om steun te genieten voor jouw huurwaarborg, moet je je aanvraag indienen bij het OCMW van jouw gemeente.

Hoe krijg ik steun van het OCMW voor mijn huurwaarborg?

Om steun te kunnen genieten van het OCMW voor het samenstellen van een huurwaarborg moet je aan enkele voorwaarden voldoen. Hiervoor zal het jou enkele vragen stellen en, indien nodig, een bezoek ter plaatse uitvoeren.

  1. Je moet jouw gewoonlijke en effectieve verblijfplaats hebben op het Belgisch grondgebied. De effectieve en gewoonlijke verblijfplaats is de plaats waar jij of jij en je gezin normaalgezien wonen. Het is jouw taak om te bewijzen dat jouw woonplaats zich in België bevindt. Je kan dit bewijzen met een identiteitsdocument of met ieder ander verblijfsdocument.
  2. Je bevindt je in staat van behoeftigheid. Het OCMW moet beoordelen of je behoeftig bent. Hiervoor zal het een sociaal onderzoek uitvoeren dat tot doel heeft jouw financiële, sociale en medische toestand op te stellen.
  3. In principe zal het OCMW oordelen dat je in staat van behoeftigheid bent wanneer je niet in staat bent om minstens een van de volgende zaken te doen:
    • jezelf huisvesten;
    • jezelf voeden;
    • jezelf kleden;
    • je hygiëne verzekeren, of
    • toegang hebben tot gezondheidszorg.
  4. De toekenning van steun in de vorm van een tussenkomst voor het samenstellen van een huurwaarborg is noodzakelijk. Het OCMW is verplicht om deze noodzakelijkheid vast te stellen. 

Instellingen

Welke hulp biedt het OCMW aan daklozen?

Het OCMW kan op verschillende manieren helpen. Wanneer je als dakloze aan de wettelijke voorwaarden voldoet, heb je bijvoorbeeld recht op maatschappelijke integratie (het leefloon). Maar ook als dat niet het geval is, zal het OCMW altijd nagaan wat het voor je kan doen.

Een dakloze kan bij het OCMW terecht voor:

  • een leefloon
  • een installatiepremie
  • dringende medische hulp (doktersbezoek, onderzoek, verzorging, geneesmiddelen ...)
  • maatschappelijke dienstverlening, al dan niet financieel
  • hulp bij het beheer van schulden
  • steun, raad, aanmoediging …

Welk OCMW?

Als je niet in een instelling verblijft, kan je terecht bij het OCMW van de gemeente waar je feitelijk verblijft.

Als je in een instelling (bijvoorbeeld een onthaaltehuis) verblijft, doe je een beroep op het OCMW van de gemeente waar je was ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister op het ogenblik van je opname voor je hoofdverblijf.

Vind je OCMW op de OCMW-adressenlijst (pdf).

Installatiepremie

Een installatiepremie is een som geld die je helpt om je te installeren in een woning. Je kunt er bijvoorbeeld meubels van kopen of aansluitingen voor water of gas mee betalen.

Je hebt recht op een installatiepremie als je aan de drie volgende voorwaarden voldoet:

  1. Je ontvangt een (aanvullend) leefloon of een ander vervangingsinkomen van de sociale zekerheid, zoals een werkloosheidsvergoeding of een invaliditeitsuitkering. Als je werkt, moet je inkomen lager zijn dan het leefloon plus 10 %.
  2. Je hebt een woninggevonden (je bent dus niet langer dakloos).
  3. Je hebt nog nooit een installatiepremie ontvangen.

We gebruiken de volgende definities:

  • dakloos zijn = je woont op straat, in een kraakpand, in een opvangtehuis, bij iemand die je voorlopig opvangt, in de gevangenis, in een gemeenschap voor daklozen
  • een woning vinden = een kamer of een appartement huren of mogen gebruiken als hoofdverblijfplaats, waarin je alleen woont of samen met personen die je vrij hebt gekozen

Het bedrag van je installatiepremie is altijd het maandbedrag van de leeflooncategorie 'persoon met gezinslast', of je nu een gezin hebt of niet.

Referentieadres

Voor het toekennen van een leefloon kan het OCMW niet eisen dat je een woonplaats hebt of ingeschreven bent in het bevolkingsregister. Voor sommige andere rechten (zoals recht op kinderbijslag, stemrecht, werkloosheidsvergoeding …) moet je wel een officiële woonplaats hebben. Daarvoor moet je dus ingeschreven zijn in het bevolkingsregister. Dat kan ofwel met een hoofdverblijfplaats, ofwel met een referentieadres. Als dakloze heb je geen hoofdverblijfplaats, maar kan je dus toch in het register van een gemeente worden ingeschreven door een referentieadres op te geven.

Er zijn twee mogelijkheden:

  1. Inschrijving bij een private persoon die in de gemeente is ingeschreven, en die ermee akkoord gaat om jouw post te ontvangen en te bezorgen.
  2. Inschrijving bij het OCMW van de gemeente waar je feitelijk verblijft.

Instellingen

Interessante links

Wat is een doorgangswoning?

Een doorgangswoning is een woning die het OCMW voor een korte periode verhuurt aan mensen die zich in een noodsituatie bevinden.

De bewoningsovereenkomst wordt gesloten voor een duur van 6 maanden en kan eenmaal verlengd worden.

Het verblijf in de doorgangswoning biedt een tijdelijke woonzekerheid. Tijdens deze periode kan je een duurzame oplossing voor de huisvestingssituatie zoeken. Hierdoor wordt vermeden dat mensen in een neerwaartse spiraal van bestaansonzekerheid terecht komen.

Voor wie zijn de woningen bestemd?

Een doorgangswoning biedt een antwoord op je huisvestingssituatie als je niet over een woning beschikt:

  • omdat de jouwe onbewoonbaar of ongeschikt is verklaard,
  • omwille van een gerechtelijk bevel tot uitdrijving,
  • omwille van familiale conflicten,
  • omwille van een ramp zoals een brand of overstroming, of
  • omdat je dakloos bent.

Een doorgangswoning biedt dus geen oplossing voor mensen die willen verhuizen omdat hun huur te hoog is, of voor asielzoekers die zich installeren op het territorium van de gemeente.

Aan welke voorwaarden moet ik voldoen?

Het OCMW zal elke aanvraag apart moeten onderzoeken.

Hoe vind ik een doorgangswoning?

Een dakloze kan zich richten tot het OCMW van de gemeente waar hij zich bevindt.


Instellingen

Ouderen die over voldoende middelen beschikken, betalen hun rusthuisopname in principe zelf. Maar wat gebeurt er als je het verblijf niet volledig kan bekostigen?

Wanneer je onvoldoende inkomsten hebt om de totale kosten te betalen, kan het OCMW het tekort bijpassen. Je moet dan je normale inkomsten afstaan aan het OCMW; ze worden gebruikt ter betaling van het verblijf. Je behoudt wel een maandelijks zakgeld, waarvan het bedrag door het OCMW wordt bepaald en waarover je vrij mag beschikken.

In dit geval kunnen de onderhoudsplichtigen (je kinderen, kleinkinderen, eventueel je echtgeno(o)t(e), gewezen echtgeno(o)t(e) of ouders die nog in leven zijn) verplicht worden om het tekort aan te vullen. Dit gebeurt uitsluitend indien zijzelf over een voldoende hoog inkomen beschikken. Terugvordering kan niet toegepast worden op broers en zussen van de resident.

Terugvordering van de verblijfskosten in een rust- en verzorgingstehuis bij kinderen en hun eventuele echtgeno(o)t(e) blijft beperkt tot het kindsdeel. De onderhoudsplichtige kan billijkheidsredenen inroepen om vrijgesteld te worden van betaling, zoals een bescheiden inkomen, zware financiële lasten, en bestaande verstoorde familierelaties.