Nieuw dit kwartaal
1.1. Nieuwigheden. De bij de RSZPPO aangesloten werkgevers.
De hulpverleningszones, bedoeld bij de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en de lokale politiezones, bedoeld bij de wet van 7 december tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, zijn van rechtswege aangesloten bij de RSZPPO.
Wettelijke basis:
artikel 69 van de wet van 5 mei 2014 betreffende diverse aangelegenheden inzake de pensioenen van de overheidssector (B.S. 2-6-2014)
koninklijk besluit van 29 juni 2014 tot aanvulling van de in artikel 32, eerste lid, van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders vervatte lijst van instanties die zijn aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten (B.S. 25-7-2014)
1.2.2. Nieuwigheden. De beroepsziekteregeling toepasselijk op de provinciale en plaatselijke besturen.
De korpsen van de lokale politie worden retroactief met ingang van 1-1-2002 onder de regeling van de beroepsziekten van de overheidssector gebracht.
Wettelijke basis:
koninklijk besluit van 29 juni 2014 tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 januari 1993 betreffende de schadeloosstelling van beroepsziekten, ten gunste van sommige personeelsleden uit de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, aangesloten bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de plaatselijke en provinciale overheidsdiensten (B.S. 25-7-2014)
1.3.3.1 Nieuwigheden. Het gesolidariseerde pensioenfonds van de RSZPPO – de hulpverleningszones.
De statutaire personeelsleden van de hulpverleningszones worden vanaf 1-1-2015 van rechtswege en onherroepelijk aangesloten bij het gesolidariseerde pensioenfonds van de RSZPPO.
De responsabiliseringsbijdrage van een hulpverleningszone wordt op basis van de jaarlijkse dotatie van de gemeente aan de zone verdeeld onder de gemeenten die de zone vormen.
De overdracht van de vastbenoemde brandweerlieden van een gemeente of een intercommunale naar de hulpverleningszone beïnvloedt de responsabiliseringsbijdrage van de gemeenten die de zone vormen, niet.
Wettelijke basis:
artikel 62-68 van de wet van 5 mei 2014 betreffende diverse aangelegenheden inzake de pensioenen van de overheidssector (B.S. 2-6-2014)
3.2.3.2. Verduidelijking. Het sociaal statuut van de kunstenaars.
De huidige Commissie “Kunstenaars” mag – in afwachting van de toekenning van het “visum kunstenaar” – een verklaring op erewoord verlenen op basis waarvan een persoon wordt verondersteld onder het sociaal statuut van de kunstenaar te vallen.
Wettelijke basis:
koninklijk besluit van 26 maart 2014 tot aanvulling van het sociaal statuut der kunstenaars en tot vaststelling van de nadere regels voor de toekenning van het visum kunstenaar en de kunstenaarskaart - erratum (B.S. 16-6-2014)
3.2.4.4. Verduidelijking. Het ontslag van statutaire personeelsleden.
De regulariserende aangifte bij het ontslag van een statutair personeelslid moet slechts ingediend worden als de betrokkene binnen de dertig dagen na het beëindigen van de arbeidsverhouding als werknemer onderworpen is aan de sociale zekerheid, ingeschreven is bij een subregionale tewerkstellingdienst of arbeidsongeschikt is wegens ziekte, invaliditeit of moederschapsverlof.
4.1.3.1. Nieuwigheden. Loonbegrip. De maaltijdcheques.
De maaltijdcheques op een papieren drager worden met ingang van 1-1-2016 afgeschaft. De papieren maaltijdcheques die in 2015 uitgegeven worden, zullen slechts geldig zijn tot 31-12-2015. Op 1-1-2016 wordt er definitief en totaal overgegaan naar het systeem van de elektronische maaltijdcheques.
Wettelijke basis:
koninklijk besluit van 29 juni 2014 tot wijziging van artikel 19bis, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der werknemers (B.S. 24-7-2014)
4.1.3.4. Indexering. Loonbegrip. De terugbetaling van kostenvergoedingen.
Van 1-7-2014 tot 30-6-2015 is de kilometervergoeding voor het woon-werkverkeer en beroepsverplaatsingen met de eigen wagen gelijk aan 0,3468 euro per kilometer.
Wettelijke basis:
omzendbrief nr. 639 van 27 juni 2014 van de FOD Personeel en Organisatie – aanpassing van het bedrag van de kilometervergoeding 2014 (B.S. 4-7-2014)
5.5.7. Verduidelijking. De solidariteitsbijdrage op een ter beschikking gesteld bedrijfsvoertuig.
Wijziging van de beoordelingsregels voor het verschuldigd zijn van de solidariteitsbijdrage, door het invoeren van een onderscheid tussen gewone voertuigen en de utilitaire voertuigen (= voertuigen met laadruimte achterin zonder ruiten waarin geen personen mogen vervoerd worden).
De solidariteitsbijdrage is ook verschuldigd als het voertuig enkel ter beschikking gesteld wordt voor de woon-werkverplaatsing en er een effectief gerespecteerd verbod op het privé-gebruik is.
Het CO2-uitstootgehalte, vermeld op het inschrijvingsbewijs, is bepalend voor de berekening van de bijdrage.
5.5.18. Nieuwigheden. De bijzondere compenserende werkgeversbijdrage op de verbrekingsvergoedingen.
Een bijzondere compenserende werkgeversbijdrage (van 1%, 2% of 3%) is verschuldigd op de verbrekingsvergoedingen, als het refertejaarloon van de werknemer hoger of gelijk is dan 44.509 euro. De bijdrage is enkel verschuldigd op het gedeelte van de verbrekingsvergoedingen dat opgebouwd werd na 1-1-2014.
Wettelijke basis:
artikel 95 van de wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carensdag en begeleidende maatregelen (B.S. 31-12-2013)
6.1.1.2. Nieuwigheden. Werkbonus – berekening van de werkbonus
De automatische indexering van de werkbonus is opgenomen in de RSZPPO-instr ucties sinds 2014-1. De publicatie van het Koninklijk Besluit van 28-4-2014 in het Belgisch Staatsblad bevestigt de praktijk die de RSZPPO sinds 1-1-2014 toepast.
Wettelijke basis:
artikel 18-19 van de wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen inzake sociale zekerheid (B.S. 6-6-2014)
koninklijk besluit van 28-04-2014 tot uitvoering van artikel 2, § 2, vijfde lid van de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen en aan sommige werknemers die het slachtoffer waren van een herstructurering en tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 januari 2000 tot uitvoering van artikel 2 van de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen en aan werknemers die het slachtoffer waren van een herstructurering (B.S. 16-06-2014)
8.3.2.3. Nieuwigheden. DmfAPPL – het werknemerskengetal bijdragen.
Voor de aangifte van de “bijzondere werkgeversbijdrage op de verbrekingsvergoedingen bestemd voor het Sluitingsfonds” (zie 5.5.18) wordt het werknemerskengetal bijdragen 812 ingevoerd.
8.3.3 .6. Nieuwigheden. DmfAPPL - tewerkstellingslijn – maatregel tot reorganisatie van de arbeidstijd.
De afwezigheidsdagen van de
- statutaire personeelsleden in het stelsel van de vierdagenweek met premie of het halftijds werken vanaf 50 of 55 jaar (wet van 19-7-2014) worden aangeg even met code 514;
- statutaire personeelsleden in het stelsel van de vierdagenweek zonder premie (wet van 19-7-2014) worden aangegeven met de code 506;
- de contractanten in het stelsel van de vierdagenweek met of zonder premie (wet van 19-7-2014) en de contractuele en statutaire personeelsleden in een maatregel tot herverdeling van arbeid in de openbare sector (wet van 10-4-1995) worden aangegeven met de code 7.
8.3.3.15. Verduidelijking. DmfAPPL - tewerkstellingslijn – identificatienummer van de lokale eenheid.
Precisering van de regels voor een correcte aangifte van de vestigingseenheid in functie van de aanvraag van een geregionaliseerde doelgroepvermindering.