Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten × Doorgaan

Vers le contenu de cette page

Tussentijdse instructies - 2015/2

Inhoud

Werkbonus – verhoging vermindering

(24/07/2015)

Ingevolge een aanpassing van de wettelijke bepalingen (koninklijk besluit goedgekeurd in de Ministerraad van 3 juli 2015, nog niet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad), wordt met ingang van 1 augustus 2015 de vermindering en de loongrenzen verhoogd. Twee coëfficiënten die u bij de berekening nodig hebt, ondergaan eveneens een wijziging.

Hieronder vindt u in tabelvorm de nieuwe bedragen vanaf 1 augustus 2015.

Bedienden (*)

S (refertemaandloon aan 100% in EUR)

R (basisbedrag in EUR)

1.546,87
> 1.546,87 en ≤ 2.413,00
> 2.413,00

189,98
189,98 - (0,2193 x (S - 1.546,87))
0

Arbeiders (**)

S (refertemaandloon aan 100% in EUR)

R (basisbedrag in EUR)

1.546,87
> 1.546,87 en ≤ 2.413,00
> 2.413,00

205,18
205,18 - (0,2369 x (S -1.546,87))
0

(*) Onder 'Bedienden' moet worden verstaan: de werknemers die moeten worden aangegeven aan 100 %, dus ook bijvoorbeeld arbeiders in de openbare sector.
(**) Onder 'Arbeiders' moet worden verstaan: de werknemers die moeten worden a angegeven aan 108 %, dus ook bijvoorbeeld kunstenaars.

Alternerende opleidingen

(15/07/2015)

(wet van 15 mei 2014 – BS van 22 mei 2014; koninklijk besluit van 29 juni 2014 – BS van 8 augustus 2014)

Vanaf 1 juli 2015 wordt het begrip ‘leerling’ onderworpen aan de sociale zekerheid nauwkeuriger omschreven. Vanaf 1 juli 2015 wordt verstaan onder leerling, elke persoon die in het kader van een alternerende opleiding door een overeenkomst verbonden is met een werkgever. Dit zijn opleidingen die aan volgende 6 voorwaarden voldoen (cumulatief):

  • De opleiding bestaat uit een deel uitgevoerd op de werkvloer  (‘werken’) en een deel binnen - of op initiatief en verantwoordelijkheid van een onderwijs- of opleidingsinstelling (‘leren’). Deze twee onderdelen beogen de uitvoering van één opleidingsplan, zijn op elkaar afgestemd en wisselen elkaar af.
  • De opleiding leidt tot een beroepskwalificatie.
  • Het deel ‘werken’ omvat op jaarbasis gemiddeld minstens 20 uren per week, zonder rekening te houden met feest- en vakantiedagen.
  • Het deel ‘leren’ bedraagt minstens (uren berekend in verhouding tot de totale duur van de opleiding waarbij de lesuren waarvoor de leerling eventueel een vrijstelling geniet toegekend door de onderwijs- of opleidingsinstelling in mindering mogen worden gebracht):
    • 240 lesuren voor deeltijds leerplichtigen en
    • 150 lesuren voor jongeren die niet meer deeltijds leerplichtig zijn,
  • Beide delen (werken/leren) worden uitgevoerd in het kader van één enkele overeenkomst waarbij de werkgever en de leerling betrokken partij zijn.
  • De overeenkomst voorziet in een financiële bezoldiging ten laste van de werkgever, die moet worden beschouwd als loon.

De bestaande overeenkomsten lopen door tot het einde ervan en moeten niet getoetst worden aan deze 6 criteria. De leerlingen en stagiairs blijven tot dan onderworpen.

Personen tewerkgesteld onder leer-, stage- of ervaringsovereenkomsten die niet beantwoorden aan deze voorwaarden, worden niet beschouwd als leerlingen voor de toepassing (en beperkingen voor de min 19-jarigen) van het sociale zekerheidsstelsel van de loontrekkenden. Voor sommigen is vanuit het oogpunt van de verplichtingen sociale documenten een Dimona-aangifte vereist, maar dan met als type ‘DWD’ (dimona without dmfa).

Personen die tewerkgesteld zijn met een arbeidsovereenkomst en sommige mindervaliden met een speciale leerovereenkomst, vallen niet onder dit systeem van alternerende opleiding. Zij worden aangegeven als gewone werknemers.

Commissie kunstenaars

(15/07/2015)

Vanaf 1 juni 2015 is de Commissie Kunstenaars verhuisd naar de FOD Sociale Zekerheid.

De aanvragen van de kunstenaarskaart in het kader van de kleine vergoedingsregeling of van het visum in het kader van het regime "artikel 1bis", moeten verstuurd worden naar volgend adres:

Commissie Kunstenaars
FOD Sociale Zekerheid  
Administratief Centrum Kruidtuin
Finance Tower
DG Sociaal Beleid
Kruidtuinlaan 50, bus 115
1000 Brussel
E-mail: kunstenaars@minsoc.fed.be

De werknemers vinden meer uitleg over het kunstenaarsstatuut op de webside van de FOD Sociale zaken.

Kilometervergoeding

(15/07/2015)

De terugbetaling van afgelegde kilometers bij woon-werkverplaatsingen en beroepsverplaatsingen met de auto is vrij van RSZ-bijdragen voor een maximale kilometervergoeding van 0,3412 EUR/km (bedrag geldig vanaf 1 juli 2015).

Forfaitaire daglonen zeevissers

(01/07/2015)

Als gevolg van het overschrijden van de spilindex voor de zeevisserij, worden vanaf 1 juli 2015 de dagforfaits voor deze sector aangepast:

kengetal uitgeoefende functie

uitgeoefende functie

dagforfait

81

bemanning van de vissersvaartuigen
(uitgezonderd scheepsleerjongens)

79,50

82

scheepsleerjongens

39,70

Contingent werkgevers horeca

(05/06/2015)

Vanaf 1 juli 2015 verhoogt het aantal dagen van het contingent waarop een onderneming uit de Horeca gebruik kan maken van gelegenheidsarbeiders van 100 naar 200 dagen per kalenderjaar (koninklijk besluit nog niet gepubliceerd). Dit betekent dat ondernemingen  recht hebben op 100 dagen tussen 1 januari en 30 juni 2015, en op 200 dagen tussen 1 januari en 31 december 2015.

Het werknemerscontingent blijft ongewijzigd (50 dagen per jaar).

Vanaf 5 juni 2015 zal het mogelijk zijn Dimona's in te dienen voor een tewerkstelling na de 100ste dag.

De werkgevers uit de horeca en de uitzendkantoren (voor een tewerkstelling bij een gebruiker uit de Horeca) die bij het verrichten van de Dimona aangifte een waarschuwing ontvingen dat het werkgeverscontingent overschreden was, moeten deze aangifte annuleren en opnieuw indienen om gebruik te kunnen maken van de voordelige bijdrageregeling voor gelegenheidsarbeid.