Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten × Doorgaan

Vers le contenu de cette page

Nieuw dit kwartaal

 

3.2.2.4. Indexatie

Het fictief forfaitair maandloon bedraagt 1.531,93 euro en het fictief forfaitair uurloon is gelijk aan 9,30 euro vanaf 1.6.2016.

3.2.2.5. De onthaalouders

Het fictief forfaitair maandloon bedraagt 1.531,93 euro en het fictief forfaitair uurloon is gelijk aan 9,30 euro vanaf 1.6.2016.

3.3.1.Indexatie. De vrijwillige brandweerlieden.

Het drempelbedrag voor de vrijstelling van de vergoedingen voor regelmatige prestaties is gelijk aan 1.057,81 euro vanaf het derde kwartaal van 2016.

 

3.3.2.2. Wijziging. De studenten – het contingent van 50 arbeidsdagen.

Vanaf 1-7-2016 kan er gekozen worden of voor een student de solidariteitsbijdrage wordt toegepast of niet.

Juridische basis:

koninklijk besluit van 15-7-2016 tot wijzging van artikelen 17bis, 25, 31bis, 32 en 32bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der werknemers (B.S., 26-7-2016)



4.1.3.4. Indexatie. De kostenvergoedingen.

De kilometervergoeding voor vervoerskosten met de eigen wagen is gelijk aan 0,3363 euro per kilometer voor de periode van 1-7-2016 tot 30-6-2017.

Juridische basis

Omzendbrief nr. 654 van 10-6-2016 van de FOD Personeel en Organisatie (B.S., 29-6-2016)

5.5.13.3. Indexatie. De bijdragen in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag.

De geïndexeerde drempelbedragen waaronder de persoonlijke inhouding beperkt of geannuleerd wordt, worden verhoogd tot 1.388,51 euro (zonder gezinslast) en 1.672,48 euro (met gezinslast).

5.5.4. Verduidelijking. De bijdrage betreffende de toekenning en de betaling van een vakbondspremie.

De bijdrage is niet verschuldigd voor een vrijwillige ambulancier die geen brandweerman is.

5.6.1.Indexatie. De RIZIV-inhouding op de pensioenen.

De geïndexeerde drempelbedragen zijn gelijk aan 1.442,08 euro voor een begunstigde zonder gezinslast en 1.709,07 euro voor een begunstigde met gezinslast.

5.6.2. Indexatie. De bijzondere solidariteitsinhouding op de pensioenen.

Aanpassing van de maandelijkse bruto drempelbedragen van de pensioenen en andere voordelen en van de verschuldigde bijdrage.

6.1.1.2. Indexatie. Vermindering van persoonlijke bijdragen - werkbonus.

Verhoging van het grensbedrag S1 tot 1.577,89 euro en van S2 tot 2.461,27 euro met ingang van 1.7.2016. Het verminderingsbedrag stijgt tot maximaal 193,79 euro per maand.

6.1.2.2. Wijziging en indexatie. Vermindering van persoonlijke bijdragen - herstructurering.

De kwartaalloongrens voor een werknemer die bij de indienstneming minder dan 30 jaar is, werd door het KB van 31.5.2016 verhoogd tot 2.300 euro per maand met ingang van 1-4-2016.

De kwartaalloongrenzen werden door de overschrijding van de spilindex verhoogd tot 2.346 euro per maand (minder dan 30 jaar bij de indienstneming) en 4.556,36 euro per maand (minstens 30 jaar bij de indienstneming).

Juridische basis:

artikel 1 van het koninklijk besluit van 31-5-2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen (B.S., 9-6-2016)

6.2.5.3. Wijziging. Doelgroepvermindering jonge werknemer. De werkkaart

Actiris reikt zelf werkkaarten uit aan de inwoners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Er worden aan de inwoners van het Vlaams Gewest geen werkkaarten meer uitgereikt.

6.2.5.4. Wijziging. Doelgroepvermindering jonge werknemer. Vermindering van de patronale socialezekerheidsbijdragen.

In het Vlaams Gewest wordt er vanaf 1-7-2016 geen (federale ingevoerde) doelgroepvermindering voor jonge werknemers meer toegekend. Een overgangsmaatregel werd tot 31-12-2018 voorzien voor de jongeren die op 30-6-2016 recht gaven op deze doelgroepvermindering.

6.2.7.1. Wijziging en indexatie. Doelgroepvermindering herstructurering.

De kwartaalloongrens voor een werknemer die bij de indienstneming minder dan 30 jaar is, werd door het KB van 31.5.2016 verhoogd tot 6.900 euro per kwartaal met ingang van 1-4-2016.

De kwartaalloongrenzen werden door de overschrijding van de spilindex verhoogd tot 7.038 euro per kwartaal (minder dan 30 jaar bij de indienstneming) en 13.669,09 euro per kwartaal (minstens 30 jaar bij de indienstneming).

Juridische basis:

artikel 1 van het koninklijk besluit van 31-5-2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen (B.S., 9-6-2016)

6.2.11. Indexatie. Doelgroepvermindering voor kunstenaars.

Het refertekwartaalloon om recht te geven op de doelgroepvermindering voor kunstenaars wordt verhoogd tot 4.595,79 euro per kwartaal.

6.2.14. Wijziging. Vlaamse doelgroepvermindering voor jonge werknemers.

Met ingang van 1-7-2016 wordt een Vlaamse forfaitaire doelgroepvermindering ingevoerd van 1.000 euro per kwartaal voor laaggeschoolde jongeren van minder dan 25 jaar en van 1.150 euro per kwartaal voor middengeschoolde jongeren van minder dan 25 jaar.

Juridische basis:

artikel 7 van het decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid (B.S., 4-4-2016)
artikelen 10-12 van het besluit van 10 juni 2016 tot uitvoering van het decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid (B.S, 25-6-2016)

6.2.15. Wijziging. Vlaamse doelgroepvermindering voor leerlingen

Met ingang van 1-7-2016 wordt een Vlaamse forfaitaire doelgroepvermindering ingevoerd van 1.000 euro per kwartaal voor de leerlingen die voldoen aan de voorwaarden van alternerend leren en voor de leerlingen van het deeltijds beroepsonderwijs, tewerkgesteld met een deeltijdse arbeidsovereenkomst.

Juridische basis:

decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid (B.S., 4-4-2016)
besluit van 10 juni 2016 tot uitvoering van het decreet van 4 maart 2016 houdende het Vlaamse doelgroepenbeleid (B.S, 25-6-2016)

6.4.3.5. Nieuwigheden. Tewerkstellingsmaatregelen. Sociale Maribel. Procedure.

De bijkomende tewerkstelling wordt gemeten door het arbeidsvolume van het jaar (n), zijnde het jaar van de laatste toekenning, te vergelijken met het gemiddelde van de arbeidsvolumes van de jaren (n – 3) en (n – 2), zijnde het derde en het tweede jaar voorafgaand aan het jaar van de laatste toekenning.

Juridische basis:

artikel 8 van het koninklijk besluit van 1-6-2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profitsector, ter uitvoering van de tax-shift (B.S., 17-6-2016)

De MRA-codes 3 en 4 worden ook gebruikt voor de volledige of de gedeeltelijke onderbreking van de arbeidsprestaties met een onderbrekingsuitkering in het kader van het Vlaamse zorgkrediet.

Wettelijke basis:

Besluit van XX-XX-2016 van de Vlaamse Regering tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet (goedgekeurd door de Ministerraad van 17 juni 2016)

8.8.2. Wijziging. DmfAPPL – verminderingscodes.

De verminderingscodes 6030, 6031, 6032, 6033, 6300, 6301 en 6310 worden vanaf 1-7-2016 gebruikt voor de doelgroepvermindering jonge werknemers in het Vlaams Gewest. Voor deze jongeren kunnen de verminderingscodes 3410, 3411, 3412 en 3430 niet meer gebruikt worden.

De verminderingscode 8100 (activaplan preventie en veiligheidsplan – afgesloten vóór 1.1.2004) wordt vanaf het derde kwartaal 2016 afgeschaft.