Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten× Ik begrijp het

Ga naar hoofdinhoud

Grensoverschrijdend werken

Je kan op verschillende manieren grensoverschrijdend werken: als grensarbeider, via detachering of door permanent naar het buitenland te verhuizen. Als algemeen principe geldt dat je je socialezekerheidsbijdragen betaalt in het land waar je werkt.

Detachering vormt hierop een uitzondering. Bij detachering word je door je werkgever tijdelijk voor een opdracht naar een ander land uitgestuurd. Als zelfstandige kan je jezelf detacheren. Je blijft dan onderworpen aan de sociale zekerheid van het land waar je gewoonlijk werkt.

Wil je als niet-Europeaan in België komen werken? Dan moet je een toelating tot verblijf en werk of beroepskaart aanvragen en betaal je je socialezekerheidsbijdragen dus in België.

Als je voor lange tijd in het buitenland gaat werken, is het belangrijk om de wetgeving van je gastland te checken. Je kunt je ook vrijwillig verzekeren bij de Overzeese Sociale Zekerheid (OSZ), zodat je je socialezekerheidsrechten later gemakkelijk naar België kan overzetten.

Opgelet: op deze pagina zetten we de algemene principes van grensoverschrijdend werk uiteen om je wegwijs te maken. Je kunt aan deze uitleg geen individuele rechten ontlenen. Voor een echt advies moet je je concrete situatie voorleggen aan de verantwoordelijke instelling van de sociale zekerheid.

Wat is een detachering van een zelfstandige?

Ben je zelfstandig en sociaal verzekerd in België? Dan kan je tijdelijk een opdracht uitvoeren in een ander land, terwijl je in België sociaal verzekerd blijft.

Een detachering is enkel mogelijk naar:

  • een land van de EU, de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland, of
  • een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft afgesloten die de detachering van zelfstandigen voorziet: nu Japan, de Verenigde Staten en Montenegro.

Wat zijn de voorwaarden?

  • Je moet al gedurende een bepaalde periode in België actief geweest zijn als zelfstandige, en
  • de opdracht die je in het andere land uitvoert, moet vergelijkbaar zijn met je activiteit in België.

Meer informatie over de detacheringsvoorwaarden binnen de EU, de EER of naar Zwitserland vind je op de pagina Welke regels zijn van toepassing op u ? op de website van de Europese Commissie.

Voor een detachering naar een land waarmee België een bilaterale overeenkomst heeft afgesloten, kunnen er nog andere voorwaarden zijn, zoals bv. nationaliteit. Lees het overzicht van de overeenkomsten op de pagina Overeenkomsten op de website België verlaten.

Hoe lang mag een detachering duren?

  • Naar de EU, de EER en Zwitserland: maximaal 2 jaar, maximaal met 3 jaar te verlengen.
  • Naar een land waarmee een bilaterale overeenkomst bestaat: afhankelijk van de overeenkomst.

Hoe vraag ik een detachering aan?

Ben je zelfstandig en wil je je laten detacheren? Dan heb je een A1-attest nodig. Voldoe je aan alle voorwaarden, dan levert de Internationale dienst van het RSVZ dit document af. Voor detacheringen binnen de EU, de EER en naar Zwitserland, vraag je dit aan via de onlinedienst van het RSVZ.


We spreken in dit hoofdstuk van 'werken in het buitenland' wanneer je niet tijdelijk (via detachering, zie verder), maar permanent in het buitenland werkt.

Als je in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte (EER de EU-lidstaten en IJsland, Liechtenstein en Noorwegen) of in Zwitserland aan de slag gaat, ben je onderworpen aan de sociale zekerheid van die staat. Binnen deze groep van staten ben je beschermd door de Europese wetgeving rond sociale zekerheid. Daarom wordt er in de staat waar je werkt, rekening gehouden met de periodes waarin je aangesloten was bij de Belgische sociale zekerheid voor je rechten op uitkeringen en de berekening daarvan.

Als je in een andere staat dan een lidstaat van de EER en Zwitserland aan de slag gaat, moet jij of je werkgever nagaan of België met die staat een bilaterale overeenkomst gesloten heeft. In die overeenkomst is het volgende vastgelegd:

  • welke staat bevoegd is,
  • de aard, en
  • de omvang van je rechten op het vlak van sociale zekerheid.

Verblijf, werk en sociale zekerheid

In de EER en Zwitserland hoef je als Zwitserse of EU-onderdaan op basis van het beginsel van vrij verkeer van werknemers geen toelating tot arbeid of verblijf te hebben.

Buiten de EER en Zwitserland moet je werkgever of jijzelf (als je geen werknemer bent) nagaan of je daar mag werken en verblijven en hoe het zit met je socialezekerheidsrechten en -verplichtingen.

Behoud van een band met België

Als je als EER- of Zwitserse onderdaan buiten de EER en Zwitserland aan de slag gaat, kan je je aansluiten bij de Overzeese Sociale Zekerheid (OSZ). De verzekering van de OSZ omvat de belangrijkste takken van de sociale zekerheid:

  • pensioenen,
  • ziekte – invaliditeit – moederschap,
  • geneeskundige verzorging,
  • arbeidsongevallen, en
  • ongevallen in het privéleven.

Deze verzekering heeft als voordeel dat een eventuele herintegratie in het Belgische socialezekerheidsstelsel gemakkelijker verloopt. Dat is vooral belangrijk wanneer je periode van socialezekerheidsdekking in het buitenland niet in rekening wordt gebracht bij het bepalen van je Belgische rechten.

Ook burgers van landen buiten de EER en Zwitserland kunnen zich bij de Overzeese Sociale Zekerheid aansluiten, als ze:

  • werken voor de Belgische staat, gewesten of gemeenschappen, of
  • werken voor een onderneming die haar maatschappelijke zetel in België heeft.

Gelijktijdige of afwisselende beroepsactiviteit in de Europese Unie

De regels voor gelijktijdige en afwisselende beroepsactiviteit in de EU kaderen in de coördinatie van de sociale zekerheidssystemen die vrije verkeer van burgers in de Europese Unie te vlotter moet laten verlopen.

Je blijft je activiteit in België uitoefenen, en je oefent gelijktijdig of afwisselend een andere activiteit uit in een of meerdere lidstaten van de Europese Unie. Om welke activiteit het gaat en of je deze activiteiten voor dezelfde, hetzij voor andere klanten of werkgevers uitvoert, is van geen belang. Volgens het basisprincipe ben je altijd onderworpen aan de socialezekerheidswetgeving van één enkele staat.

Er wordt geen rekening gehouden met marginale activiteiten in een lidstaat, dat wil zeggen: activiteiten die minder dan 5% van je normale werktijd en/of minder dan 5% van je totale loon uitmaken.

Socialezekerheidswetgeving voor werknemers

Bepalend is het substantiële karakter van je activiteiten: er wordt gekeken wordt naar je arbeidstijd en/of je loon. Je oefent een substantiële activiteit uit in een lidstaat wanneer je een groot deel van je activiteiten in dit land uitvoert. De activiteiten hoeven niet meer dan 50% van het totaal uit te maken. Er is sprake van een substantieel karakter wanneer je minstens 25% van je arbeidstijd besteedt en/of minstens 25% van je loon verdient.

De Belgische wetgeving is van toepassing als je in België verblijft en er een substantieel gedeelde van je activiteiten uitoefent.

Verblijf je in België, maar vindt een substantieel gedeelte van je activiteiten niet in België plaats, dan wordt als volgt bepaald welke wetgeving van toepassing is:

  • de wetgeving van de staat waar de werkgever(s) gevestigd is/zijn (maatschappelijke zetel van de onderneming), als je voor één werkgever of voor twee in dezelfde staat gevestigde werkgevers werkt;
  • de wetgeving van een andere lidstaat dan je land van verblijf, als je werkt voor twee of meer werkgevers (ondernemingen) gevestigd in twee lidstaten waarvan er één je land van verblijf is;
  • de Belgische wetgeving, als je voor meerdere werkgevers werkt die hun maatschappelijke zeten in verschillende landen buiten België hebben;
  • de Belgische wetgeving, als je in twee of meerdere Europese landen werkt voor een werkgever gevestigd in een niet-Europese staat.

Socialezekerheidswetgeving voor zelfstandigen

Het substantiële karakter van je activiteiten anders dan in loondienst is bepalend. Er wordt rekening gehouden met de omzet, de arbeidstijd, het aantal verleende diensten en/of de inkomsten. Ook andere elementen kunnen van belang zijn. Je oefent een substantiële activiteit anders dan in loondienst uit in een lidstaat wanneer een groot deel van je activiteiten in dit land wordt uitgevoerd. Het is niet nodig dat de activiteiten meer dan 50% van het totaal uitmaken. Van een substantieel karakter is sprake wanneer minstens 25% van een of meerdere criteria vervuld is.

De Belgische wetgeving is van toepassing als je in België verblijft en er een substantieel gedeelde van je activiteiten uitoefent.

Verblijf je in België maar vindt een substantieel gedeelte van je activiteiten niet in België plaats, dan wordt als volgt bepaald welke wetgeving van toepassing is:

  • de wetgeving van de staat waar de werkgever(s) gevestigd is/zijn (maatschappelijke zetel van de onderneming) indien je voor één werkgever of voor twee in dezelfde staat gevestigde werkgevers werkt;
  • de wetgeving van een andere lidstaat dan je land van verblijf als je werkt voor twee of meer werkgevers (onder nemingen) gevestigd in twee lidstaten waarvan er één je land van verblijf is;
  • de Belgische wetgeving als je voor meerdere werkgevers werkt die hun maatschappelijke zeten in verschillende landen buiten België hebben;
  • de Belgische wetgeving als je in twee of meerdere Europese landen werkt voor een werkgever gevestigd in een niet-Europese staat.

Als je niet in een van de landen woont waar je een substantieel gedeelte van je werkzaamheden doet, is de toepasselijke wetgeving die van het land waarin het centrum van belangen van je activiteiten zich bevindt. Het centrum van de belangen van de werkzaamheden wordt bepaald op basis van:

  • de vaste en blijvende plaats van waaruit je je werkzaamheden verricht;
  • de gebruikelijke aard of de duur van de uitgeoefende werkzaamheden;
  • het aantal verleende diensten;
  • de intentie van de betrokkene zoals die uit alle omstandigheden blijkt.

Cumulatie van een zelfstandige activiteit en een activiteit in loondienst in verschillende lidstaten van de Europese Unie

De toepasselijke wetgeving is die van de lidstaat waarin je als werknemer een activiteit uitvoert.

Wanneer je als werknemer een activiteit uitvoert in verschillende landen, wordt de wetgeving bepaald volgens de regels van toepassing op werknemers.

Socialezekerheidswetgeving voor de leden van het cockpit- en cabinepersoneel

Wanneer je lid bent van het cockpit- en cabinepersoneel is de ‘thuisbasis’ het doorslaggevende criterium voor de vaststelling van de toepasselijke socialezekerheidswetgeving voor overeenkomsten gesloten na 28 juni 2012.

Als je voor 28 juni 2012 werd aangeworven, dan blijft de oude wetgeving gelden, tenzij je verzoekt om toepassing van de nieuwe regelgeving.

Formulier A1 voor de sociale zekerheid

Je moet je situatie van gelijktijdige tewerkstelling in twee of meerdere lidstaten melden bij de bevoegde instelling in de lidstaat waar je woont. In België is dit de RSZ voor werknemers en de RSVZ voor zelfstandigen.

Het A1-formulier bevestigt welke socialezekerheidswetgeving op je van toepassing is gedurende de periode vermeld in de verklaring. Het wordt op verzoek afgeleverd door de bevoegde instelling van de lidstaat waarvan de wetgeving op je van toepassing is.

Formaliteiten bij je aankomst in België

Wanneer je in België aankomt, moet je je laten registreren bij de gemeente waar je tijdelijk zal verblijven. De gemeente zal je een verblijfsdocument uitreiken dat geldig is voor de duur van je activiteit.

Ben je werknemer, dan moet je werkgever aan de hand van de formulieren beschikbaar bij de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling (Dienst Migratie in Vlaanderen, FOREM in Wallonië, Arbeitsamt in de Duitstalige Gemeenschap, Ministerie van het Brussels-hoofdstedelijk Gewest in Brussel) een arbeidsvergunning aanvragen voor zijn activiteiten in België, en moet je over een Belgische arbeidskaart beschikken. In bepaalde gevallen bent je van deze verplichtingen vrijgesteld, namelijk wanneer je onderdaan bent van een land van de Europese Economische Ruimte (EER) (landen van de Europese Unie + IJsland, Noorwegen en Liechtenstein) of Zwitserland.

Ben je zelfstandige, dan moet je over een beroepskaart beschikken. De aanvraag moet worden ingediend bij de diplomatieke of consulaire posten van je land van verblijf of, wanneer je al in België bent ingeschreven, bij een ondernemingsloket naar keuze. Je bent van deze verplichting vrijgesteld als je onderdaan bent van een EER-lidstaat of van Zwitserland, of omdat je deze formaliteit om andere redenen niet hoeft na te leven.

Socialezekerheidswetgeving voor een gelijktijdige beroepsactiviteit in België en in een niet-Europees land

Je blijft je activiteit in België uitoefenen en je oefent gelijktijdig of afwisselend een andere activiteit uit in een of meerdere lidstaten van de Europese Unie. De aard van deze activiteit en het feit dat deze activiteiten voor dezelfde, hetzij voor andere klanten of werkgevers worden uitgevoerd, is van geen belang. Je bent onderworpen aan de sociale zekerheid van twee verschillende landen, ongeacht je statuut (werknemer of zelfstandige). De prestaties verricht in België zijn in België onderworpen, en de prestaties uitgevoerd in het land buiten de EU zijn in dat land onderworpen.

Dit alles geldt behoudens specifieke bepalingen in de bilaterale en multilaterale verdragen gesloten/goedgekeurd door België.

Onderwerping aan de sociale zekerheid

Je moet je verplichtingen op het gebied van de sociale zekerheid naleven tegenover de socialezekerheidsinstelling van elk land waar je werkt.


Detachering naar een lidstaat van de EER of naar Zwitserland

Wat als je Belgische werkgever je uitstuurt naar het buitenland om daar gedurende een beperkte tijd een opdracht uit te voeren?

Als een aantal voorwaarden vervuld zijn, blijf je verder onderworpen aan de Belgische sociale zekerheid. Zo is bijvoorbeeld vereist dat je:

  • niet langer dan 24 maanden aan een stuk uitgestuurd wordt,
  • nog steeds volledig onder het gezag van je Belgische werkgever blijft werken, en
  • gedurende de 30 dagen onmiddellijk voorafgaand aan je uitzending onderworpen was aan het Belgische stelsel.

Je moet in principe in het bezit zijn van een A1-verklaring. Dat attest bevestigt dat enkel de Belgische socialezekerheidswetgeving op jou van toepassing is gedurende de periode die je in het buitenland werkt. Een A1-verklaring kan je aanvragen bij de dienst Internationale Betrekkingen van de RSZ. Doorgaans zal je werkgever dat doen. Als zelfstandige richt je je tot het RSVZ.

Verblijf, werk en sociale zekerheid

In de EER en Zwitserland hoef je op basis van het beginsel van vrij verkeer van diensten geen toelating tot arbeid of verblijf te hebben als je een dienstverrichting uitvoert.

Detachering naar een ander land dan de EER-lidstaten en Zwitserland

Je moet nagaan of België met de staat in kwestie een bilaterale overeenkomst over sociale zekerheid heeft gesloten.

Je blijft aan de Belgische sociale zekerheid onderworpen als je gedetacheerd wordt. De maximale duur van een detachering verschilt naargelang de overeenkomst. Je sociale rechten (bijvoorbeeld ziekteverzekering) en de wijze waarop je uitkeringen ontvangt in het buitenland worden door iedere overeenkomst afzonderlijk bepaald.

Bestaat er geen bilaterale overeenkomst, dan bevind je je in de ‘klassieke’ situatie van een tewerkstelling in het buitenland en bepaalt de wetgeving van het land waar je werkt of je daar onderworpen bent of niet.

Bij een detachering naar een land waarmee geen socialezekerheidsovereenkomst werd gesloten, blijft de Belgische regeling wel verplicht van toepassing als:

  • de verwachte duur van de tewerkstelling niet langer is dan zes maanden, en
  • je niet verzekerd bent bij de Overzeese Sociale Zekerheid (OSZ).

Onder bepaalde voorwaarden is een verlenging van zes maanden mogelijk. Wanneer op voorhand geweten is dat de tewerkstellingsperiode langer zal zijn dan zes maanden, blijf je niet langer onderworpen aan de Belgische socialezekerheidsregeling.

Verblijf en werk in een andere staat dan een EER-lidstaat of Zwitserland 

Jij en je werkgever moeten zelf nagaan welke wettelijke verplichtingen op vlak van verblijfs- en arbeidsvergunningen worden opgelegd door het land waar je naartoe wordt gestuurd.


Wanneer ben ik grensarbeider?

Voor de sociale zekerheid ben je een grensarbeider wanneer:

  • je werkt in een ander land van de Europese Economische Ruimte (EER) of Zwitserland, en
  • dagelijks of minstens één keer per week terugkeert naar je gewoonlijke verblijfplaats in België.

Je emigreert dus niet naar je werkland, maar behoudt banden met België als je woonland.

Opgelet: de verschillende bilaterale overeenkomsten rond dubbele belasting hanteren een andere definitie van het begrip grensarbeid. De afbakening van wonen en werken in een grensstreek is telkens verschillend.

Specifieke regels

Voor je sociale bescherming zijn in grote lijnen dezelfde regels van toepassing als voor een migrerende werknemer. Je bent verzekerd in het land waar je werkt.

Om in België dezelfde rechten te hebben op terugbetaling van gezondheidszorg ten laste van je werkland, moet je je ook in België laten inschrijven bij de mutualiteit. Jijzelf en je eventuele gezinsleden ten laste, hebben op die manier rechten op gezondheidszorg in het werkland of in België.

Word je als grensarbeider volledig werkloos, dan moet je je als werkloze inschrijven bij de bevoegde gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling van je woonland België. Je hebt recht op Belgische werkloosheiduitkeringen. Tegelijkertijd mag je je ook ter beschikking stellen van de arbeidsvoorzieningsdienst van je voormalig werkland.


Instellingen

Interessante links

Vrij verkeer en detachering

Voor burgers van de Europese Unie geldt het vrij verkeer van werknemers of het vrij verkeer van diensten in geval van zelfstandigen. In die gevallen heb je geen arbeidskaart of beroepskaart nodig voor je tewerkstelling in België.

De regel is dat je de tewerkstelling in België aangeeft en de Belgische sociale bijdragen betaalt. De bevoegde instelling van jouw EU-lidstaat kan hierop wel een tijdelijke afwijking toestaan. Dit houdt in dat je werkgever of jijzelf als zelfstandige sociale bijdragen blijft betalen in je eigen EU-lidstaat terwijl je in België werkt. Dat is mogelijk wanneer de tewerkstelling of de opdracht in België tijdelijk is en maximaal 24 maanden duurt. De 'organische band met je uitzendende werkgever moet ook intact blijven' – dat wil zeggen, je moet tijdens je buitenlandse opdracht blijven werken voor de werkgever die je uitgestuurd heeft. Deze uitzondering wordt ook wel detachering genoemd, en kan (enkel met akkoord van Belgische Rijksdienst voor Sociale Zekerheid) uitgebreid worden tot maximaal 5 jaar.

Je hebt een A1-verklaring nodig die bewijst dat je niet onderworpen bent aan de sociale zekerheid in België.

Arbeidsvergunning of beroepskaart

Als niet-Europese burger moet je een arbeidskaart hebben om in België te komen werken. Op zijn beurt moet je Belgische werkgever een arbeidsvergunning hebben. Op basis van deze toelatingen kun je een visum voor je verblijf in België krijgen.

Om als niet-Europese burger een zelfstandige activiteit uit te oefenen in België, moet je, een beroepskaart hebben vóór het begin van je activiteit.

Voor beide verplichtingen bestaan er uitzonderingen, zowel voor werknemers als voor zelfstandigen. De uitzonderingen voor werknemers lees je op de pagina Tewerkstelling van buitenlandse werknemers in een specifieke verblijfssituatie op de website van de FOD Werkgelegenheid.

Voor een tijdelijke activiteit voor een onderneming gevestigd in de Europese Economische Ruimte heb je, ook geen arbeidskaart nodig wanneer:

  • je als niet-Europese burger beschikt over een recht op of toelating tot een verblijf van meer dan 3 maanden in een lidstaat van de Europese Economische ruimte
  • je als-niet Europese burger beschikt over de wettelijke toelating om te werken in je lidstaat van verblijf binnen de Europese Economische Ruimte en ze minstens geldig is voor de periode van de prestaties in België
  • je beschikt over een regelmatige arbeidsovereenkomst
  • je beschikt over een paspoort en een verblijfstitel met een minimale geldigheidsduur voor de periode van de prestaties in België

Voor een tijdelijke activiteit als zelfstandige hoef je geen beroepskaart te hebben als je aan een aantal voorwaarden voldoet. De regel is dat de tewerkstelling in België aangegeven wordt en de Belgische sociale bijdragen betaald worden. Met sommige landen werden akkoorden gesloten om hiervan onder welbepaalde voorwaarden af te wijken. Deze afwijking houdt in dat je werkgever of jijzelf als zelfstandige sociale bijdragen blijft betalen en verzekerd blijft in je eigen lidstaat van herkomst gedurende je activiteit in België. De toegelaten duur van dergelijke detachering en de precieze toepassingsvoorwaarden vind je terug in de akkoorden.

Limosa-aangifte bij detachering

De tijdelijke activiteit in België als buitenlandse werknemer of zelfstandige moet op voorhand aan de Belgische overheid meegedeeld worden. Dit is de Limosa-melding, die je online kunt invoeren op de Working in Belgium-website. Na de aangifte ontvangt de aangever een bewijs (L1-meldingsbewijs). De buitenlandse werknemer of zelfstandige moet dit meldingsbewijs kunnen tonen aan de Belgische klant of bij een controle door een inspectiedienst.

Als voldaan is aan een aantal specifieke voorwaarden bestaan, er onder andere uitzonderingen voor diplomaten, artiesten, vrachtwagenchauffeurs en vergaderingen in beperkte kring.