Aanvullende vakantie voor niet-zelfstandige kunstenaars
Aanvullende vakantie: waarover gaat het?
Indien je dit jaar werkt en je hebt vorig jaar niet gewerkt, dan heb je geen recht op gewone vakantie. Ook als je je arbeidsduur in de loop van het jaar verhoogde, heb je geen recht op een volledige gewone vakantie (4 weken). Het systeem van aanvullende vakantie laat toe dergelijke situaties te verhelpen en biedt je de mogelijkheid om ‘aanvullend’ vakantie te nemen.
Opgelet: het gaat om een recht, niet om een verplichting.
Voorwaarden om van aanvullende vakantie te kunnen genieten
Om recht te hebben op aanvullende vakantie, moet je de volgende 3 voorwaarden vervullen:
- Je moet je in één van de volgende situaties bevinden:
- Je starteen activiteit, of
- Je herneemt een activiteit na een periode van inactiviteit, of
- Indien je een deeltijdse werknemer bent,
- ga je over naar een voltijdse functie gedurende het jaar waarin je vakantie neemt, of
- verhoog je je arbeidsduur en heb je minstens 4 dagen te kort om 4 weken gewone vakantie te bereiken.
- Je moet een activiteit uitgeoefend hebben gedurende een minimale periode van 3 maanden (90 kalenderdagen), ‘aanloopperiode’ genaamd;
- Je moet je dagen gewone vakantie uitgeput hebben.
Voor meer informatie i.v.m. de aanloopperiode (berekening, bijzondere voorwaarden), bezoek de website van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV).
Je vindt er ook voorbeelden van concrete situaties die recht geven op aanvullende vakantie.
Hoe aanvragen?
Je kan enkel van aanvullende vakantie genieten als je nog steeds in actieve dienst bent en als je hiervoor een aanvraag indient.
Wil je graag zo’n aanvraag indienen, wend je dan tot de website van de RJV voor meer informatie.
Berekening van de duur van de aanvullende vakantie
De elementen die in aanmerking genomen worden om de duur van de aanvullende vakantie te berekenen verschillen in functie van je statuut.
Indien je werkt als kunstenaar met een arbeidsovereenkomst van arbeider, dan is de berekening van de duur van je aanvullende vakantie gebaseerd op de dagen dat je gewerkt hebt en op de inactiviteitsdagen (de dagen waarop je niet gewerkt hebt) gelijkgesteld met (beschouwd worden als) werkelijk gewerkte dagen.
Indien je werkt als kunstenaar met een arbeidsovereenkomst van bediende, dan is de berekening van de duur van je aanvullende vakantie gebaseerd op de dagen waarop je gewerkt hebt en op de gelijkgestelde inactiviteitsdagen. De inactiviteitsdagen die in aanmerking komen, zijn beperkt tot de inactiviteitsdagen die in de reglementering voor bedienden erkend worden om elke discriminatie te vermijden.
Indien je werkt als kunstenaar betaald per artistieke prestatie, zonder arbeidsovereenkomst in de zin van de wet van 3 juli 1978, dan is de berekenning van de duur van je aanvullende vakantie enkel gebaseerd op de dagen waarop je gewerkt hebt. De inactiviteitsdagen worden niet gelijkgesteld om elke discriminatie te vermijden met de bezoldigde werknemers, die verbonden moeten zijn met een arbeidsovereenkomst.
Voor meer informatie over de berekening van de duur van de aanvullende vakantie voor elk specifiek statuut van kunstenaar, kijk op de website van de RJV.
Wanneer genieten van aanvullende vakantie?
Je kan je aanvullende vakantie ten vroegste nemen vanaf de laatste week van de aanloopperiode en nadat je je dagen gewone vakantie hebt uitgeput.
Je kan ze ten laatste op 31 december van het betrokken jaar nemen.
Het vakantiegeld bij aanvullende vakantie
Het vakantiegeld dat je ontvangt wanneer je aanvullende vakantie neemt, is een voorschot op een deel van het vakantiegeld voor je gewone vakantie van het volgende jaar.
Bekijk praktische voorbeelden bij de berekening van het vakantiegeld bij aanvullende vakantie op de website van de RJV.