DEEL 8: Tabellen en modellen
TITEL 3: Voorbeelden
HOOFDSTUK 1: Vertrekvakantiegeld

8.3.101 A. VERTREKVAKANTIEGELD UITBETAALD AAN BEDIENDEN
8.3.102 B. VERREKENING VAN HET VERTREKVAKANTIEGELD BIJ DE VOLGENDE WERKGEVER
8.3.103 C. VERTREKVAKANTIEGELD VOOR EEN UITZENDKRACHT DIE "GEWONE" BEDIENDE WORDT

A. VERTREKVAKANTIEGELD UITBETAALD AAN BEDIENDEN

8.3.101

Een bediende wordt ontslagen. Zijn laatste werkdag is 28 februari 2007. Hij heeft in 2007 nog geen vakantiedagen opgenomen. De bediende werkte bij de werkgever van (voor) januari 2006 tot en met februari 2007. Voor de 12 gewerkte maanden in 2006 verdiende hij 35.100,00 EUR (eindejaarspremie inbegrepen). Voor de maanden januari en februari 2007 ontving hij 5.400,00 EUR loon en twee twaalfden van de eindejaarspremie, namelijk 450,00 EUR.

1. Bedragen en Code voor DmfA

De werkgever berekent het enkel en dubbel vertrekvakantiegeld voor de vakantiejaren 2007 en 2008 bij de uitdiensttreding op 28 februari 2007.

Voor het vakantiejaar 2007 is de berekening gebaseerd op de brutolonen van het vakantiedienstjaar 2006. Het enkel vertrekvakantiegeld bedraagt 2.692,17 EUR (7,67 % van 35.100,00).
Het dubbel vertrekvakantiegeld bedraagt 2.692,17 EUR (7,67 % van 35.100,00) waarvan 2386,80 EUR (6,80 % van 35.100,00 EUR) wel onderworpen is aan de bijzondere werknemersbijdrage
en 305,37 EUR (0,87 % van 35.100,00) niet onderworpen is.

Voor het vakantiejaar 2008, gebaseerd op het vakantiedienstjaar 2007, bedraagt het enkel vertrekvakantiegeld 448,70 EUR (7,67 % van 5850,00 ). Het dubbel vertrekvakantiegeld bedraagt
eveneens 448,70 EUR (7,67 % van 5850,00 ) waarvan 397,80 EUR (6,80 % van 5850,00) wel en 50,90 EUR (0,87 % van 5850,00) niet onderworpen is aan de bijzondere werknemersbijdrage.

Voor februari 2007 geeft de werkgever op de DmfA aangifte 3.140,87 EUR aan als enkel vertrekvakantiegeld met looncode 7 en zonder prestaties. Voor de aangifte van het dubbel vertrekvakantiegeld vermeldt de werkgever het ingehouden bedrag voor het totaal van de onderneming globaal bij de aangifte.

2. Verminderingen

Voor de berekening van de werkbonus, de structurele vermindering en de doelgroepvermindering wordt het enkel vertrekvakantiegeld als neutraal beschouwd daar het geen deel uitmaakt van de refertelonen. Op het bedrag van 3.140,87 EUR genieten werkgever noch werknemer één van de vermelde bijdrageverminderingen. Top


B. VERREKENING VAN HET VERTREKVAKANTIEGELD BIJ DE VOLGENDE WERKGEVER

8.3.102

Vanaf 1 januari 2007 moet de nieuwe werkgever bij zijn DmfA aangifte er rekening mee houden dat reeds sociale zekerheidsbijdragen werden betaald op het vertrekvakantiegeld. Hij mag het vertrekvakantiegeld, dat in de loop van 2007 werd betaald door de vorige werkgever, in mindering brengen van het vakantiegeld dat hij verschuldigd zou zijn indien de bediende gedurende het ganse vakantiedienstjaar bij hem zou gewerkt hebben.


Eerste hypothese: lager loon bij de volgende werkgever

1. Bedragen en Codes voor DmfA

De werknemer uit ons voorbeeld kan vanaf 1 april 2007 opnieuw aan de slag als bediende, zijn brutomaandloon bedraagt 1.800,00 EUR. In juni 2007 neemt hij zijn hoofdvakantie. Hij werkt tijdens deze maand 7 dagen en neemt 14 dagen vakantie. De nieuwe werkgever mag niet het volledige vakantiegeld afhouden dat de vorige werkgever heeft uitbetaald omdat het nieuwe loon van de bediende lager is. Hij mag slechts 1.656,72 EUR (1.800,00 EUR x 12 x 7,67 %) enkel vakantiegeld aftrekken. Op de DmfA aangifte geeft de werkgever voor juni 2007, 1.656,72 EUR aan met looncode 12 en 143,28 EUR met looncode 1. De 21 arbeids- en vakantiedagen geeft hij aan met prestatiecode 1.

De nieuwe werkgever moet in dit voorbeeld geen dubbel vakantiegeld betalen gezien het gelimiteerde dubbel vakantiegeld (1.800,00 EUR x 12 x 7,67%) overeenkomt met het dubbel vakantiegeld dat zou verschuldigd zijn moest de bediende bij deze werkgever hebben gewerkt tijdens het ganse vakantiedienstjaar 2006 (1.800,00 EUR x 92%).

2. Verminderingen

a) WERKBONUS

Voor de berekening van de werkbonus houdt de werkgever op het moment van opname van de vakantiedagen rekening met de bedragen onder de looncodes 1 (143,28 EUR) en 12 (1.656,72 EUR) om het refertemaandloon en het verminderingsbedrag te berekenen.

Het refertemaandloon (S) is 1.800,00 EUR.

Het basisbedrag van de vermindering (R) en het verminderingsbedrag (P) zijn gelijk aan 49,90 EUR, nl. 143,00 – [0,1804 x (1.800,00 – 1.283,91)]. De werknemersbijdrage van 18,73 EUR (=13,07% van 143,28 EUR) volstaat niet om de werkbonus volledig in rekening te brengen. Daar het kwartaal ten einde is, kan de werkgever het tegoed aan werkbonus nl. 31,17 EUR (49,90 EUR - 18,73 EUR) niet meer verrekenen.

b) STRUCTURELE VERMINDERING EN DOELGROEPVERMINDERING

De bedragen met de looncodes 1 en 12 maken deel uit van het refertekwartaalloon.

Tweede hypothese: hoger loon bij de volgende werkgever


1. Bedragen en Codes voor DmfA

De werknemer uit ons voorbeeld vindt een nieuwe job als bediende vanaf 1 april 2007. In mei 2007 neemt hij, naast 6 gewerkte dagen, 15 dagen vakantie. Zijn brutomaandloon bedraagt 4.000,00 EUR. Bij de opname van de hoofdvakantie maakt de nieuwe werkgever de volledige verrekening van het enkel vertrekvakantiegeld voor het vakantiejaar 2007 en trekt 2.692,17 EUR af. Voor de maand mei 2007 geeft de werkgever op de DmfA aangifte 2.692,17 EUR aan met looncode 12 en 1.307,83 EUR met looncode 1. De overeenstemmende arbeids- en vakantiedagen geeft hij aan met prestatiecode 1.

De bediende ontvangt een dubbel vakantiegeld van 987,83 EUR namelijk 3680,00 (92% van 4000,00 EUR) min het dubbel vertrekvakantiegeld van 2.692,17 EUR. De werkgever is aan de RSZ een bijzondere werknemersbijdrage verschuldigd van 132,43 EUR [13,07 % van 3.400,00 EUR (85% van 4.000,00 EUR) min 13,07 % van 2386,80 EUR (betaald door de vorige werkgever)].

2. Verminderingen

WERKBONUS - STRUCTURELE VERMINDERING - DOELGROEPVERMINDERING

De werkgever houdt op het moment van opname van de vakantiedagen rekening met de bedragen onder de looncodes 1 en 12 om de refertelonen te berekenen. We merken op dat de bediende geen recht heeft op de werkbonus daar het refertemaandloon groter is dan 2.076,63 EUR. Top


C. VERTREKVAKANTIEGELD VOOR EEN UITZENDKRACHT DIE "GEWONE" BEDIENDE WORDT

8.3.103

Aan een bediende die van 3 oktober 2006 t.e.m. 2 januari 2007 als uitzendkracht aan de slag was, betaalt het uitzendkantoor enkel vertrekvakantiegeld bij de uitdiensttreding. Dit enkel vertrekvakantiegeld is niet onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen op het moment dat het wordt uitbetaald. Het wordt wel aangegeven op de DmfA aangifte met looncode 11.

Als de werknemer vanaf 3 januari 2007 wordt aangeworven als "gewone" bediende en in de loop van maart 2007 5 vakantiedagen opneemt, vermeldt de nieuwe werkgever op de aangifte DmfA:
-met looncode 12: het bedrag dat door het uitzendkantoor als enkel vertrekvakantiegeld werd uitbetaald en dat de huidige werkgever mag aftrekken van het uit te betalen bedrag enkel vakantiegeld. Hij betaalt hierop geen sociale zekerheidsbijdragen.

-met looncode 1: het bedrag dat de nieuwe werkgever zelf effectief nog als loon en enkel vakantiegeld betaalt (er zijn wél sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd).

Het totaal van de arbeids- en vakantiedagen wordt aangegeven onder prestatiecode 1.
Top