Het portaal van de sociale zekerheid gebruikt cookies om de site gebruiksvriendelijker te maken.

Meer weten × Doorgaan

Vers le contenu de cette page

Tijdelijke doelgroepvermindering hotelsector - coronamaatregel

 

De wet van 2 april 2021 (BS van 13 april 2021) voorziet een doelgroepvermindering voor werkgevers met bepaalde werkgeverscategorieën uit de hotelsector die geconfronteerd worden met een lagere bezettingsgraad. Het doel bestaat erin deze sector te ondersteunen, die zwaar getroffen werd door de beperkende maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus.

Deze doelgroepvermindering beoogt het 2de kwartaal 2021 en wordt toegekend voor maximum 5 werknemers per vestigingseenheid. Door het aanhouden van de economische problemen wordt de maatregel verlengd voor het 3de kwartaal 2021.

 

 

Betrokken werkgevers

Deze maatregel is van toepassing op de werkgevers

  • uit de privésector
  • die ressorteren onder het paritair comité voor het hotelbedrijf (PC 302) en die als hoofdactiviteit het uitbaten van een hotel of het verschaffen van accommodatie hebben, of een vestigingseenheid hebben die deze activiteit uitoefent en
  • die in het 2de kwartaal 2021, een effectieve omzetdaling van minstens 60% hebben geleden ten opzichte van hetzelfde kwartaal twee jaar voordien, dus het 2de kwartaal 2019, om van de vermindering te kunnen genieten voor het 2de kwartaal 2021
  • en die in het 3de kwartaal 2021, een effectieve  omzetdaling van minstens 60% hebben geleden ten opzichte van hetzelfde kwartaal twee jaar voordien, hetzij het 3de kwartaal 2019 om van de vermindering te kunnen genieten voor het 3de kwartaal 2021.

Concreet betreft het de werkgevers

  • die vallen onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf (PC 302), d.w.z. aan wie de RSZ-werkgeverscategorie 017 of 317 werd toegekend
  • en wier hoofdactiviteit onder één van volgende NACE-codes valt:
    • 55.100: Hotels en dergelijke accommodatie
    • 55.201: Jeugdherbergen en jeugdverblijfcentra
    • 55.202: Vakantieparken
    • 55.203: Gites, vakantiewoningen en -appartementen
    • 55.204: Gastenkamers
    • 55.209: Vakantieverblijven en andere accommodatie voor kort verblijf, n.e.g.
    • 55.300: Kampeerterreinen en kampeerauto- en caravanterreinen
    • 55.900: Overige accommodatie 
  • en die in het 2de kwartaal 2021, een effectieve  omzetdaling van minstens 60% hebben geleden ten opzichte van het 2de kwartaal 2019 voor de werkgevers die een periodieke BTW-aangifte indienen,
    • of die in het 2de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben van minstens 60 % van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 2de kwartaal 2019 voor de werkgevers die geen periodieke BTW-aangifte doen om van de vermindering te kunnen genieten voor het 2de kwartaal 2021.
  •  en die in het 3de kwartaal 2021, een effectieve  omzetdaling van minstens 60% hebben geleden ten opzichte van het 3de kwartaal 2019 voor de werkgevers die een periodieke BTW-aangifte indienen,
    • of die in het 3de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben van minstens 60 % van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 3de kwartaal 2019 voor de werkgevers die geen periodieke BTW-aangifte doen om van de vermindering te kunnen genieten voor het 3de kwartaal 2021. 

Enkel de vestigingseenheden die een hotel uitbaten of accommodatie verschaffen zoals omschreven in de voormelde NACE-codes, komen in aanmerking.

De werkgevers kunnen in 3 categorieën worden opgenomen:

Categorie 1: BTW-plichtige werkgevers die een periodieke BTW-aangifte indienen

Deze werkgevers kunnen voor de maatregel in aanmerkingkomen voor het 2de kwartaal 2021 als ze in het 2de kwartaal 2021 een effectieve daling van minstens 60 % van de omzet hebben geleden, resulterend uit verrichtingen die moeten worden opgenomen in kader 2 van de periodieke BTW-aangifte, bedoeld in artikel 53, §1, eerste lid, 2°, van het BTW-wetboek, ten opzichte van de omzet resulterend uit dezelfde verrichtingen die in de periodieke BTW-aangifte voor het 2de kwartaal 2019 moesten worden opgenomen.

Deze werkgevers kunnen voor de maatregel in aanmerking komen voor het 3de kwartaal 2021 als ze in het 3de kwartaal 2021 een effectieve daling van minstens 60 % van de omzet hebben geleden, resulterend uit verrichtingen die moeten worden opgenomen in kader 2 van de periodieke BTW-aangifte, bedoeld in artikel 53, §1, eerste lid, 2°, van het BTW-wetboek, ten opzichte van de omzet resulterend uit dezelfde verrichtingen die in de periodieke BTW-aangifte voor het 3de kwartaal 2019 moesten worden opgenomen.

Categorie 2: BTW-plichtige werkgevers die geen periodieke BTW-aangifte indienen

Het betreft

  • kleine ondernemingen die hebben geopteerd voor de vrijstellingsregeling indien hun jaarlijkse omzet niet meer dan 25.000 EUR bedraagt
  • ondernemingen die onder de bijzondere landbouwregeling vallen
  • ondernemingen die deel uitmaken van een BTW-eenheid die de BTW-aangiften uitvoert voor de volledige eenheid.

Deze werkgevers kunnen aanspraak maken op de maatregel voor het 2de kwartaal 2021 als zij in het 2de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben geleden van minstens 60% van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 2de kwartaal 2019.

Deze werkgevers kunnen aanspraak maken op de maatregel voor het 3de kwartaal 2021 als zij in het 3de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben geleden van minstens 60% van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 3de kwartaal 2019.

Categorie 3: werkgevers die niet BTW-plichtig zijn

Deze werkgevers kunnen aanspraak maken op de maatregel voor het 2de kwartaal 2021 als zij in het 2de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben geleden van minstens 60% van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 2de kwartaal 2019.

Deze werkgevers kunnen aanspraak maken op de maatregel voor het 3de kwartaal 2021 als zij in het 3de kwartaal 2021 een effectieve daling hebben geleden van minstens 60% van de bij de RSZ aangegeven loonmassa ten opzichte van het 3dekwartaal 2019.

De RSZ zal a posteriori controles op het naleven van deze voorwaarde uitvoeren.

Bijkomende voorwaarden

Om voor de doelgroepvermindering in aanmerking te komen, moet de werkgever aan de volgende bijkomende voorwaarden voldoen:

  • de werknemers voor wie hij de doelgroepvermindering toepast, ononderbroken in dienst houden gedurende het betrokken kwartaal, behalve als de werknemer zelf ontslag heeft genomen (dus niet als met wederzijds akkoord), om dringende redenen ontslagen werd of als hij een tijdskrediet of een thematisch verlof opgenomen heeft;
  • in 2021 aan al zijn werknemers een concrete en individuele opleiding aanbieden gedurende ten minste 5 volledige dagen per voltijds equivalente werknemer in 2021. Het betreft zowel de werknemers die de doelgroepvermindering genieten, als de andere werknemers, of ze nu in tijdelijke werkloosheid werden geplaatst of niet; Voor deeltijdse werknemers heeft de werkgever de mogelijkheid om het aandeel opleidingsdagen te verminderen in verhouding tot hun contractuele arbeidsduur;
  • zich in 2021 van het volgende onthouden:
    • de uitkering van dividenden aan de aandeelhouders;
    • de uitkering van bonussen aan de leden van de Raad van Bestuur en aan de directie  van de onderneming;
    • de inkoop van eigen aandelen;
  • de ondernemingsraad of bij ontstentenis hieraan, de vakbondsafvaardiging, of bij ontstentenis hieraan, de werknemers, informeren over de toepassing van de maatregel in de onderneming en de voorwaarden waaraan de werkgever moet voldoen, met name op het vlak van het opleidingsaanbod, en er overleg over plegen.

De RSZ zal a posteriori controles op het naleven van deze voorwaarden uitvoeren.

Bedrag van de vermindering

Het gaat om een doelgroepvermindering voor het 2de kwartaal 2021 en voor het 3de kwartaal 2021, die overeenstemt met het saldo van de patronale basisbijdragen in de DmfA van de genoemde kwartalen voor maximum 5 werknemers per vestigingseenheid. Deze werknemers moeten vallen onder het paritair comité voor het hotelbedrijf.

Deze doelgroepvermindering wordt aangevraagd via de gewone aangifte DmfA van het 2de kwartaal 2021 en van het 3de kwartaal 2021 met:

  • als nieuwe verminderingscode: 3704;
  • met de doelgroepvermindering 'G7';
  • onder de ‘normale’ voorwaarden van een doelgroepvermindering G7;
  • en aanvaard onder voorbehoud van de controles à posteriori (wat betreft het toepassingsgebied en de voorwaarden).

Als uit de controles a posteriori blijkt dat de werkgever niet in het toepassingsgebied van de maatregel valt en de toekenningsvoorwaarden niet naleeft, dan zal de vermindering in de DmfA-aangifte worden geannuleerd.

 

Bijkomende informatie 1

Bijkomende informatie DmfA - Aangifte van vermindering in het kader van Coronacrisis in de hotelsector

In 2 & 3/2021 wordt de doelgroepvermindering in het kader van de Coronacrisis voor de hotelsector aangegeven in blok "vermindering tewerkstelling" met volgende vermeldingen :

Doelgroepvermindering Hotelsector

Forfait/Bedrag

Duur

Verminderingscode in DmfA DMFA

Berekeningsbasis in DmfA

Bedrag van de vermindering in DmfA

Voor maximum 5 werknemers behorende tot het paritair comité voor het hotelbedrijf  per vestigingseenheid die een hotel uitbaat of accommodatie verschaft *

G7 (saldo van de basisbijdragen)

2de en 3de kwartaal 2021

3704

/

ja

* onder voorbehoud van a posteriori controles van het toepassingsgebied en andere toekenningsvoorwaarden

Bij aangifte via de webtoepassing wordt de vermindering automatisch berekend als ze wordt aangeduid.